De Sociale Raad Tilburg stelt voor om te onderzoeken of een andere manier van werken beter past bij de vragen en behoeftes van inwoners, namelijk door zoveel mogelijk medewerkers van Werk en Inkomen in de wijken te laten werken en een beperkt centraal bureau in stand te houden voor de verdere afhandeling van uitkeringsaanvragen.
Dit is één van de adviezen die de Sociale Raad schrijft aan het College van B&W (Burgemeester en Wethouders). De Sociale Raad is sinds januari 2015 ingesteld als een onafhankelijke instelling die het College en de gemeenteraad van advies voorziet over de Participatiewet, de zorg (wmo) en hulp. En hoewel het de bedoeling is dat de Sociale Raad ruim op tijd wordt betrokken bij plannen, kreeg zij slechts 10 dagen de tijd om te reageren, waardoor het uitvoeren van een eigen onderzoek niet mogelijk was.Op 13 juli 2016 bracht het College een ‘Aanvalsplan Arbeidsmarkt’ uit waarin maatregelen en acties worden aangekondigd die ervoor moeten zorgen dat meer mensen de bijstand verlaten, via betaald werk en via handhaving (meer controle).
Sinds januari 2015 is de gemeente Tilburg bezig onder de naam ‘De Toegang’ wijkteams te (laten) organiseren, die dicht bij de mensen ervoor moeten zorgen dat mensen voldoende en de juiste ondersteuning krijgen op het gebied van zorg, begeleiding en andere moeilijkheden die het leven in de weg staan. En hoewel de afdeling Werk en Inkomen daar ook een rol in heeft, gebeurt hier in de praktijk nog weinig mee. Sinds kort heeft elk wijkteam één werknemer van Werk en Inkomen in haar gelederen, terwijl bij 80% van alle aanvragen bij de Toegang financiële problemen een rol spelen; van redelijk eenvoudig tot zeer ingewikkeld.
Sociale Raad: “We hebben al eerder geconstateerd dat financiële deskundigheid onvoldoende aanwezig is in de Toegangsteams. Dit is zorgelijk omdat het vaak klanten met een minimuminkomen betreft. Niet direct geholpen worden, onvoldoende of verkeerde informatie tikt zwaar door. Mensen hebben geen financiële reserves en het niet-gebruik van inkomensondersteunende maatregelen en/of toeslagen leidt snel tot schulden.”
De Sociale Raad heeft onder meer kritiek op het door de gemeente Tilburg gewenste aantal mensen dat de bijstand kan verlaten via betaald werk. Zij vraagt zich af of de gemeente wel voldoende heeft onderzocht wat de oorzaken hiervan zijn, zoals bijvoorbeeld weinig vraag naar arbeidskrachten. En of er op de juiste manier wordt geïnvesteerd in genoeg mensen.
Dat klanten inlichtingen moeten verstrekken en dat handhaving van groot belang is, vindt de Sociale Raad duidelijk, maar zij wijst er wel op dat het niet voldoen aan regels door mensen, meerdere oorzaken kan hebben. “Vaak is er geen sprake van onwil of bewuste fraude, maar van onvermogen. In het laatste geval is adequate bejegening en het bieden van de juiste ondersteuning ons inziens de enige juiste aanpak. Wij vragen met nadruk daar alert op te zijn.”
Ondertussen heeft ook Platform31 – een organisatie die zowel de praktijk als het overheidsbeleid volgt en daar veel kennis over heeft – onderzoek gedaan naar de redenen dat mensen moeilijk een betaalde baan vinden als ze eenmaal in de bijstand zitten. En hierover deze week een verslag gepubliceerd onder de titel ‘Creatief uit de Bijstand‘.
Uit dit verslag blijkt dat ongeveer 80 procent van de bijstandsgerechtigden één
of meer belemmeringen heeft om op de arbeidsmarkt te participeren. Een lage of verouderde opleiding komt het meest voor, gevolgd door een gebrek aan werkervaring. Ook belemmeringen van persoonlijke aard komen relatief vaak voor, bijvoorbeeld door fysieke, sociale of psychische problemen of problematische schulden. Soms wordt deze groep bijstandsgerechtigden aangeduid als ‘pechvogels’, oftewel mensen die in onze competitieve samenleving te onhandig, te simpel, te ziek of te beschadigd zijn om betaald werk te vinden of te houden.
Ook bleek volgens het verslag van Platform31 dat één op de drie medewerkers van de sociale dienst de nieuwe bijstandsregels te streng vindt. In plaats dat deze regels uitkeringsgerechtigden helpen op hun weg naar de arbeidsmarkt, lopen zij volgens hen eerder vast in het woud der regels. Hoewel het voor de hand ligt om met de persoonlijke situatie van uitkeringsgerechtigden rekening te houden, blijkt dat lastiger in de praktijk.
Samenvattend schrijft Platform31: “Indien je als bijstandsgerechtigde uit wil stromen dan is de kans daarop het grootst via een parttime baan en/of tijdelijke baan. Hoewel scholing wat uit beeld lijkt, wordt ook breed onderschreven dat scholing als re-integratiemiddel de kans op een baan vergroot. Vooral langdurig werklozen beschikken over verouderde kennis en vaardigheden. Zonder scholing wordt de stap naar werk niet of nauwelijks gemaakt.
Desondanks blijkt de uitvoeringspraktijk rond parttime werk, tijdelijk werk en scholing te kampen met belemmeringen. Het gedoe met terugvorderingen ingeval van parttime werk schrikt bijstandscliënten af. Ook vermijden ze tijdelijk werk, omdat ze na afloop weer opnieuw een langdurige en lastige uitkeringsaanvraag moeten doen. Bij scholingsregelingen geldt vaak: de werkgever is verplicht om iemand uit de bijstand in dienst te nemen, wil de scholing worden vergoed.”
1 reactie
Voeg die van jou toe →De cijfertjes geven duidelijk aan het roer mag om !!!
Volgens een onderzoekrapport “creatief uit de bijstand” van Platform 31 blijkt er dat in maart 2016 ongeveer 507.000 personen een bijstandsuitkering ontvingen. Negen jaar geleden in maart 2007, dus voor de kredietcrisis, was het aantal 385.000 personen. Dat is een stijging van ruim 120.000 bijstandsuitkeringen in nog geen tien jaar.
Na oktober 2008 blijkt volgens cijfers van het CBS het aantal personen met een WW-uitkering 166.000 sterk toegenomen naar 574.000 in januari 2016. Ook blijkt dat er steeds meer mensen in de bijstand belanden na afloop van de WW-uitkering. In 2011 waren dat 22.000 personen, in 2015 was dit aantal gegroeid naar 33.000. In 2016 en 2017 stromen er naar verwachting nog eens ongeveer 31.000 á 32.000 mensen vanuit de Werkloosheidswet (WW) naar de bijstand. Bij vrijwel alle WW’ers die in de bijstand terecht komen (96 procent), is de WW-uitkering beëindigd vanwege het bereiken van de maximale uitkeringsduur.
Recent liet het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) weten dat de komst van asielzoekers naar Nederland nu ook zichtbaar is in de bijstandscijfers. Van de 15.000 bijstandsontvangers die er in 2015 bij kwamen, kwamen ruim 10.000 asielzoekers uit Syrië. In het eerste kwartaal van dit jaar steeg het aantal bijstandsontvangers met bijna 11.000 mensen.
Er bestaat veel onzekerheid over hoe het aantal bijstandsgerechtigden zich de komende jaren zal ontwikkelt. Het UWV verwacht een beperkte groei van het aantal bijstandsuitkeringen terwijl De meicirculaire 2015 van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) verwacht dat het aantal bijstandsontvangers de komende vijf jaar met 12 procent toeneemt, ondanks de sterkere groei van de Nederlandse economie. De aantallen bijstandsgerechtigden stijgen volgens die meicirculaire tot 2020 met 50.000. Het Centraal Planbureau (CPB) voorspelt in het Centraal Economisch Plan (CEP) 2016 dat het aantal uitkeringen blijft stijgen. Belangrijke redenen voor de toename zijn de doorstroom vanuit de WW en de instroom van statushouders en mensen die voorheen een beroep konden doen op de Wajong of Wsw.
Dat het al decennia lang lastig is om mensen vanuit de bijstand naar werk toe te leiden blijkt uit cijfers van het CBS. Tussen 2007 en 2014 stroomde jaarlijks een kleine 10 procent van de Wet werk en bijstand -populatie uit naar betaald werk. In 2007 en 2008, de jaren voor de kredietcrisis, bedroeg het uitstroompercentage 15 en 12 procent. In 2013 en 2014 daalde het uitstroompercentage zelfs naar 7 en 8 procent.
Hieruit blijkt wel dat gemeenten, die de verantwoordelijkheid hebben om mensen met een bijstandsuitkering aan het werk te krijgen, voor een steeds grotere uitdaging komen te staan. Gemeenten krijgen immers niet alleen te maken met een steeds omvangrijkere groep bijstandsgerechtigden, deze groep wordt ook steeds diverser. Naast degenen die eerder onder de Wet Werk en Bijstand vielen, bestaat de doelgroep van de Participatiewet immers ook uit Wajongers die niet duurzaam en 100 procent arbeidsongeschikt zijn en de SW-doelgroep. Met de Participatiewet wordt ook een flinke bezuiniging, van 1,6 miljard euro, doorgevoerd. Gemeenten staan dus voor de flinke opgave om een groeiende en meer diverse groep bijstandsgerechtigden met steeds minder beschikbare re-integratiegelden aan het werk te helpen.