Op maandag 5 november 2018 werd de eerste helft van de gemeenteraadsvergadering gehouden over de Begroting van 2019. Op donderdag 8 november volgt de tweede helft.
Het grootste deel van deze vergadering en de discussie ging over de vraag, hoe je voorkomt dat er over een paar jaar een tekort zal zijn van 49 miljoen euro voor belangrijke zaken als armoedebestrijding, uitkeringen, zorg, onderwijs en jeugdhulp. Kortom: voor het ‘sociaal domein’.
Volgens de collegepartijen – VVD, CDA, D66 en GroenLinks – kun je dit het beste doen, door nu spaargeld in te zetten om te investeren. “Doorgaan met wat goed gaat en stoppen met wat niet werkt.” heet dat. En: “Tijdens de verbouwing de winkel open laten” want: “Niemand mag buiten de boot vallen, of tussen wal en schip.” Het college, met VVD-wethouder Oscar Dusschooten op financiën voorop, is ervan overtuigd dat het kan. Het CDA, met wethouder Erik de Ridder, ook. GroenLinks en D66 sluiten zich erbij aan, al zij het wat minder nadrukkelijk.
De oppositie, met LST-voorman Hans Smolders voorop, maakte gehakt van het idee. Tilburg zal zich in de schulden steken, want je weet niet of dit lukt en het vermogen van de stad zit in stenen: gebouwen die een maatschappelijke functie hebben, zoals de schouwburg en de bibliotheken, en die je nou eenmaal niet zo makkelijk kunt verkopen als je geld tekort komt.
Behalve dit discussiepunt, waarbij ten slotte iedereen het eigenlijk wel met elkaar eens werd, maar dat niet echt wilde toegeven, waren er nauwelijks tegenstellingen te vinden in de raad. Het was en bleef een act voor de bühne.
Op naar de tweede helft.