Burgemeester XIII (1957-1975), opvolger van Eduard van Voorst tot Voorst (1946-1957) na zijn aftreden opgevolgd door (XIV) Drs. H.B.P.A. Letschert (1975-1988).
Op 20 juli 1957 volgde zijn benoeming tot burgemeester van Tilburg. Al voor zijn installatie waren er verschillende plannen voor stadsverbetering ontworpen en al gedeeltelijk uitgevoerd. Becht maakte in 1959 het bekende ´Achtjarenplan´ of ´72-miljoen-plan´, dat voorzag in goede wegen naar het centrum, stadsuitbreiding in het westen en het ontwikkelen van Tilburg tot een regionaal centrum met een belangrijke onderwijs- en dienstverleningsfunctie. Onder hem ontstond ook het Stadsgewest Tilburg: “‘Stadsgewest vorming is de beste waarborg tegen annexatie’, was Bechts stelregel in een tijd dat veel grote steden er naar streefden hun grondgebied uit te breiden.”
Ook werden onder anderen de schouwburg, station en het nieuwe stadhuis gebouwd.
Vele oude gebouwen, onder ander het 19e-eeuwse stadhuis en de kerk op de Noordhoek, werden gesloopt, wat hem de bijnaam ´Cees de Sloper´ opleverde. Door de ontwikkeling tot diensten- en onderwijscentrum en het aantrekken van andere industrieën, werd de werkloosheid door het ineenstorten van de textielindustrie in de jaren zeventig, niet dramatisch.
Pas in 1965 geeft het gemeentebestuur eindelijk toestemming dat Tilburg carnaval in het openbaar mag vieren met een opstoet. Het zal dan echter nog vier jaar duren voordat burgemeester Becht voor het eerst in het openbaar een blauwe kiel durft te dragen. (bron)
Zie ook:
Portret van een Samenleving
Fototentoonstelling jaren 70
1 reactie
Voeg die van jou toe →Het mag dan voor menigeen zo zijn dat Heer Becht goed werk geleverd heeft, voor mij heeft hij ook héél veel kapot gemaakt wat mij lief was en dat verlies wordt, met iedere dag dat ik ouder word,erger.
Natuurlijk is het niet alleen zijn schuld maar toch ….. de naam Becht doet mij nog altijd PIJN !!!!