De OZB voor huiseigenaren ging in 2020 omhoog met €10,90 gemiddeld. Hoewel het directe effect hiervan alleen huiseigenaren treft, krijgen huurders hier indirect ook last van. Huurverhogingen worden onder meer gebaseerd op de ozb-waarde van de woning en bij sociale huurwoningen wordt de verhuurdersheffing – een speciale belasting op sociale huurwoningen die woningcorporaties moeten afdragen aan het Rijk – gebaseerd op de ozb-waarde. Deze belasting wordt uiteindelijk door huurders opgebracht.
De afvalstoffenheffing steeg met met 6,8%. Daarentegen ging de rioolheffing omlaag, omdat de riolen een langere afschrijftijd hebben gekregen. De riolen moeten voortaan 60 jaar mee kunnen in plaats van 30 jaar, waardoor de kosten voor bewoners omlaag gaan. Per saldo gaan meerpersoonshuishoudens gemiddeld 1,3% meer betalen en éénpersoonshuishoudens zijn 1% meer kwijt aan gemeentelijke belastingen en heffingen.
Tarieven 2020 OZB
De OZB is een percentage van de WOZ-waarde. De tarieven in 2020:
- voor woningen: eigenarenbelasting 0,0936% (in 2019 0,0984%)
- voor niet-woningen: eigenarenbelasting 0,2143% (in 2019 0,2121%)
- voor niet-woningen: gebruikersbelasting 0,1810% (in 2019 0,1780%)
Tarief 2020 Afvalstoffenheffing
- eenpersoons huishouden € 263,25 (in 2019 € 246,39)
- meerpersoons huishouden € 292,50 (in 2019 € 276,76)
Tarief 2020 rioolheffing
- Eigenarenbelasting: € 67,41 euro per jaar (in 2019 €82,87)
- Gebruikersbelasting: € 29,05 euro per jaar (in 2019 €35,71)
De aanslag rioolheffing gebruiker wordt bij kamerverhuurpanden opgelegd aan de verhuurder. Zij kunnen het aanslagbedrag doorberekenen aan de huurders.