Site pictogram Tilburgers.nl

De herdgangen van Tilburg – Broekhoven

In 13 verschillende beschouwingen gaan we de komende weken de herdgangen afzonderlijk onder de loep nemen. We kijken terug naar het verleden, de ligging, met een korte geschiedenis en bezien wat er nu nog van over is. Daarnaast herinneringen en verhalen met (oud)-buurtbewoners over het reilen en zeilen vroeger in zo’n buurtschap. Door de grote uitbreidingen van Tilburg na 1880 zijn er ook nieuwe buurten ontstaan die vroeger nog weiland waren, te denken valt aan Groeseind, De Besterd, en Theresia. Toch kunnen al deze buurten nog gelinkt worden aan de herdgangen van vroeger. Nu deel 8, de herdgang Broekhoven.

 

Broekhoven-1893-web

De Herdgang Broekhoven is één van de oudste herdgangen van Tilburg die in het begin van de middeleeuwen zelfs van regionale betekenis was. Door zijn strategische ligging aan de grootste rivier van Tilburg, de Leij, zijn natte, lage en vruchtbare grond, de aanwezigheid van een watermolen kwam het al vroeg tot ontwikkeling. In tegenstelling tot de droge en hogere noordkant van Tilburg, de Heikant genaamd, gold de middeleeuwse naam ‘Broecksijde’ voor de herdgang van Broekhoven. Dit vanwege de Nieuwe Leij, de Oude Leij en het aanwezige moeras, dat gedempt is tussen de Eerste en Tweede wereldoorlog met huisvuil. Bovendien is door de aanleg van het St Elisabethziekenhuis de Nieuwe Leij verlegd waardoor nog meer waardevol natuurgebied verloren is gegaan. Overigens, dat lot gold de Leij door de eeuwen heen, vandaar ook de naam. Die is afkomstig van het oud germaanse woord ‘Laidu’, en staat voor een vergraven of gegraven waterlaat. In het Tilburgs dialect wordt de rivier dan ook nog steeds uitgesproken als  ‘de Laaj’. Uit oude kaarten blijkt inderdaad dat de loop van de stroom telkens een andere plek in het landschap inneemt. Er is overigens geen overeenstemming over deze naamgeving. Andere bronnen beweren dat de naam uit het Keltisch komt, ‘Legaim’ wat ‘ik stroom’ betekent.

Ligging.

De historische ligging van Broekhoven, zo rond de 14e eeuw, toen het bekend stond als ‘Aude Goet van Broechoven’, was vrij fors te noemen. Het was een restant van een groter domeingoed, ‘Goet Broechoeven’ en strekte zich uit van het noorden in Baarschot tot het zuiden in Haghorst en Diessen. Het gebied is nooit overgedragen aan de hertog van Brabant, maar in familiehanden gebleven en in 1309 in bezit gekomen van de Abdij van Tongerlo. De kern van Broekhoven kan worden gezien als het stuk waar de Groenewoudstraat, de Korhoenstraat, en Pater van de Elsenplein bij elkaar komen in de buurt van het voormalige slot van Broechoven, niet ver van de Leij en St Elisabethziekenhuis gelegen.  De noordelijke grens van de latere herdgang Broekhoven was zo’n beetje de huidige Piushaven en de Nieuwstraat, het westen, de Trouwlaan bij Oerle en Korvel, het oosten de Moerenburg, grenzend aan de Herdgang van Loven. Het zuiden was een natuurlijke grens, de Leij en Hilvarenbeek al waren er in het verleden wat onenigheden hoe de grens precies heeft gelopen en wie controle of zeggenschap over het gebied had.

Korte Geschiedenis

De kaart van Zijnen uit 1760. Duidelijk zichtbaar is de driehoek vlakbij het Huis Broekhoven
De kaart van Zijnen uit 1760. Duidelijk zichtbaar is de driehoek vlakbij het Huis Broekhoven

De oorsprong in de geschiedenis van Broekhoven is net zoals in Loven en andere belangrijke Tilburgse herdgangen, een domein of landgoed. In dit geval  is ‘Het Oude Goed van Broechoven’ met al vermeldingen in de 12e eeuw. Van belang is de overdracht in 1309  van Willem Bac aan de Abdij van Tongerlo die daarmee ook het vruchtgebruik kreeg en het recht om ’tienden’ te heffen .

Broekhoven had twee ‘omwaterende huizen. Pierre van Beek merkt in het Nieuwsblad van het Zuiden op 18 februari 1970 het volgende op:

In Tilburg kende men er vóór 1600 minstens vijf. Dat waren dan: op de eerste plaats het kasteel op de Hasselt, het huis of slot Broekhoven, de huysinge van Back, eveneens op Broekhoven, “die huysinge Moerenburgh” bij de Oisterwijkse Baan en de hoeve van Willem Pijlijsers bij de Alleenhouderstraat, waaraan de naam Pijlijserstraat nu nog herinnert. Broekhoven had dus twee omwaterde huizen. Dat blijkt trouwens duidelijk uit het kohier van de 100ste penning van 1569 en uit de Verpondingskohieren van 1575 en volgende jaren. Vermoedelijk lagen beide opvallende huizen niet ver van elkaar. Dit heeft het er voor de vroegere geschiedvorsers niet gemakkelijk op gemaakt en we hebben dan ook de indruk, dat beide huizen wel eens door elkaar zijn gehaald.

Het ene Huis van Broekhoven was in bezit van jonkheer IJsbrand van Merode, die in 1594 overleed. Rond 1600 blijkt zijn “steenen huys” totaal te zijn afgebrand zodat er niets meer dan wat fundamenten en de naam waren overgebleven. In het register van het Schoorsteengeld over 1600 lezen we immers: “De keynderen en de erfgenamen wijlen Jonckheer Isebrandts van Merode hebben binnen derselver heerlichheid oock gehadt een omwaterde huysinge, die insgelijcz bij den crijgsvolke van deselve provincien (Holland en Zeeland) in den gront is afgebrandt, zijnde oversulcx voort vervallen ende niet met alle daeraff resterende dan alleenlijck de fundamenten daerop de timmeringe respectieve zijn gebouwt geweest.” Dat klopt wel want – zoals wij in een vorig artikel reeds verhaald hebben – werd het huis van Broekhoven, nagenoeg tegelijkertijd met het kasteel van de Hasselt, in 1581 door de Staatse troepen op de Spanjaarden veroverd. Het Hasselts kasteel werd spoedig herbouwd. Met het Broekhovense huis was dit nooit het geval.”

En iets later: Hoe oud zou die “huysinge Broeckhoven” nu eigenlijk geweest zijn? De Wijs vermeldt een veertiende-eeuws handschrift (cartularium), waarin gezegd wordt, dat in een Schepenakte uit Oisterwijk van 27 dec. 1309 Waltherus de Back de Baescot (van Baarschot onder Diessen) aan zijn zoon Wilhelmus “de antiqua bona” de Broeckhoven schonk. Dat is het “oude goed”, de oude huyzinge. Derhalve zou het huis in 1309 al een respectabele ouderdom hebben gehad. De schrijver poneert zelfs de veronderstelling, dat reeds in 800 ter plaatse een vroonhoeve heeft gestaan waar omheen de horigen van de heer werkten.

In de 19de eeuw komt het goed aan de familie Kerstens. ’t Schijnt dan te gaan over ’n vervallen boerderij. J.M.J. Kerstens, destijds wethouder van Tilburg. Hij heeft de boerderij laten afbreken en op de fundamenten daarvan in 1904 een zomerverblijf laten bouwen door architect Haarselhorst. Deze villa kreeg de naam “Huize Broekhoven”. In de twintiger jaren bezat de heer Kerstens een schilderijtje van de oude boerderij, dat op last van Damen geschilderd was door de later zeer bekende Tilburgse fotograaf H. Berssenbrugge. Het zomerverblijf is later in handen gekomen van een zoon van de heer Kerstens.

Bij het slopen van de boerderij stootte men niet alleen op oude funderingen, maar men vond er ook potscherven uit de 14de en 15de eeuw, een beschadigd Jacobskannetje en zwartgeblakerde haardstenen uit de 16de eeuw. Dergelijke stenen werden, vóórdat de zg. Delftse tegels in zwang kwamen, gebruikt voor de bezetting van de haard. Aan de bovenkant werden ze met boogsgewijze aangebrachte sluitstenen afgedekt. De hier gevonden tegels stellen voor: Adam en Eva in het Paradijs, rustend onder een boom, en verder een zeegevecht. Deze historische overblijfselen zijn thans in bezit van mevrouw J. Kerstens, die in het grote huis Noordstraat 36 op de hoek van de Fabrieksstraat woont. De vermelde tegels zijn daar aangebracht in een haard.”

71-Hilvarenbeekseweg58
Het woonhuis van Pieter van Dooren aan de weg naar Hilvarenbeek in Broekhoven. Op deze plek staat nu het St Elisabeth ziekenhuis.

Sinds de 19e eeuw had Pieter van Dooren bij Broekhoven een grote fabriek gebouwd. Wikipedia hierover: “Spinnerij Pieter van Dooren, een zeer oud bedrijf dat omstreeks 1826 aan de Hilvarenbeekseweg was gevestigd als wollengarenspinnerij en lakenvollerij. Oprichter was Pieter van Dooren, zoon van Martinus van Dooren. Dit was de eerste Tilburgse fabriek die van stoomkracht gebruik maakte, hetgeen aanvankelijk tot arbeidsonrust leidde. In 1833 werd een nieuwe stoommachine besteld. De fabriek spon onder meer voor Van Dooren en Dams. In 1848 werkten hier 122 volwassenen en 54 kinderen. In 1965 werd de export van strijkgarens gebundeld met die van Verschuuren-Piron. In 1972 werd de productie gestaakt. In 1974 werden de gebouwen door de gemeente Tilburg gekocht en overhaast gesloopt.”

En nu ligt op die plek het huidige St. Elisabeth ziekenhuis. De sloop had nogal wat voeten in aarde want er was sprake van een uniek vroeg 19e eeuws textielcomplex. Lees hier meer over het proces van de sloop en hier is het vervolg in de gemeenteraad destijds.

 

Naamsverklaring

De naam Broekhoven stamt af van het de samentrekking van twee woorden, Broek, wat moeras betekend, en Hoven, een hoeve, of Hovelle, driehoek in het landschap.

Herinneringen en anekdotes over Broekhoven

Broekhoven telde eeuwen lang een aantal belangrijke ‘uitspanningen’ waarvan herberg, café, Hotel en pleisterplaats ‘Het Groenewoud’ genaamd, de belangrijkste was.  Pierre van Beek schreef er een artikel over in het Nieuwsblad van het Zuiden op 29 april 1971:

Broekhoven-Groenewoud
Tekening van ongeveer 1830 van de herberg aan het Groenewoud; originele tekening bevindt zich in het provinciehuis in Den Bosch

Het oudste “Groenewoud” zou van 1600 dateren, zodat het – toen het in 1877 afbrandde – al bijna drie eeuwen oud was. Gezien de omvang van het complex, waar alles was ondergebracht onder één rieten dak, schijnt het toen reeds heel lang als taverne dienst gedaan te hebben.

Onder Jan van Hoof beleefde “Het Groenewoud” zijn gloriedagen. Daarvoor behoeft men niet meer te weten, dan dat Jan tussen 1880 en 1890 bij Dirkzwager te Schiedam een contract had lopen om vierhonderd liter jonge jenever per maand af te nemen. Daar moet dan echter wel worden bijverteld, dat Jan van Hoof zowel een tap- als een slijtvergunning bezat. Vooral ’s zondags liep het er machtig druk. Dan kwamen er vijf tot zes bedienden aan te pas om al die dorstige Tilburgse kelen te laven. Er stonden horretjes voor de ramen en de vloer was bestrooid met wit zand, dat in de Beekse Hei werd gestoken. In de gelagkamer met het buffet bevonden zich welgeteld… zeventien bedsteden. En dat is geen drukfout al konden wij het moeilijk geloven! In “Het Groenewoud” werd namelijk ook gelogeerd.

Tot de klanten van “Het Groenewoud” behoorde ook eens Koning Willem II. Met zijn adjudant dronk hij er graag een glaasje als hij te paard op weg was naar de Leeuwenhoeve op de Abcove te Goirle.

Het moet – vooral vóór 1880 – daar bij “Het Groenewoud” een heerlijk land geweest zijn. Omstreeks genoemd jaar zijn daar op de privilegiegronden ruim driehonderd eiken en beukebomen gerooid over een periode, die anderhalf jaar in beslag nam. “Oude mensen en ook mijn vader zaliger vertelden dat er bomen bij waren van drie “mansvademen” dik”, aldus onze zegsman. Dat betekent, dat er drie mannen nodig waren om de stam te omspannen.

 Broekhoven kreeg in 1913 een eigen kerk, en werd afgescheiden daarmee van de parochie van de Heuvel. Op de website van Het Geheugen van Tilburg het volgende:
“De Tilburgsche Courant van 17 februari doet verslag van de ingebruikname van de kerk en weet te vermelden:

“De kerk zelf die een juweeltje is van bouwkunst, maakt innerlijk een machtigen indruk om hare groote ruimten en doet over de gelovigen aanstonds een devote stemming komen van eerbied en ontzag voor den bewoner van dit reusachtige gebouw, waaraan menselijk vernuft en talent jaren heeft gewerkt om het tot stand te brengen. Pastoor Dr. Bertens, aan wie een groot deel van het initiatief toekomt, heeft alle eer van dit werk. Zoo ook de knappe Tilburgsche architect, de heer Jan v. d. Valk, die om dit zijn werk, geprezen is door niemand minder dan den groten bouwmeester Dr Cuijpers.”

Wikipedia zegt het volgende over de kerk:

 In 1987 werd het interieur van de kerk ingrijpend verbouwd, zodat het gebouw tegenwoordig voor meerdere doeleinden kan worden gebruikt, zoals voor muziekuitvoeringen. Deze verbouwing had vooral betrekking op de sacristie en de zijkapellen.
Hoewel de kerk tegenwoordig Broekhovense kerk wordt genoemd, was het na uitbreiding van de wijk Broekhoven de parochiekerk van alleen het noordelijke deel van de wijk, Broekhoven I genaamd. De kerken van Broekhoven II en III zijn inmiddels verdwenen.
De kerk is geklasseerd als Rijksmonument.

Noot ) Alle cursiveringen zijn verhalen die (ten dele) gepubliceerd zijn op de website ‘Het Geheugen van Tilburg’ en op de website van ‘Cubra.nl’

 

het-jaar-013_blauw_rood_RGBAlle artikelen van de herdgangen en de links op een rijtje

Mobiele versie afsluiten