Discussie over camera’s: veiligheid versus privacy

camera-korvelseweg
Camera langs de Korvelseweg, tegenover een café en vlakbij de balkons van bewoners

Maandagmorgen discussieerde de commissie Leefbaarheid over cameratoezicht als middel om de veiligheid in de stad te verbeteren en de bescherming van privacy van burgers. Deze discussie, die door GroenLinks op de agenda was gezet, spitste zich met name toe op de bescherming van privacy van burgers.

GroenLinks-raadslid Marc Vintges trapte af met het verhaal van Edward Snowden, een voormalig medewerker van de CIA, die daarna als systeembeheerder via het bedrijf Booz Allen Hamilton voor de Amerikaanse veiligheidsdienst NSA werkte. Snowden lekte in juni 2013 informatie over een reeks van spionageactiviteiten door het NSA op internet, die door de kranten The Washington Post en The Guardian werd gepubliceerd. Hij werd genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede en kreeg in Rusland politiek asiel tot 1 augustus 2014.

Vervolgens stelde Vintges vragen aan burgemeester Noordanus, verantwoordelijk voor veiligheid, over de mogelijkheid dat digitale camera’s gehackt kunnen worden en de beelden openbaar gemaakt, over de betrouwbaarheid van gezichtsherkenning door camera’s: “Gezichtsherkenning is niet onfeilbaar! Straks wordt iemand met veel geweld opgepakt en blijkt het even later de verkeerde te zijn.” en de bescherming van privacy van burgers.

De burgemeester gaf hem deels gelijk: “De discussie rond privacy en technologie is er een van twee werelden. Van de NSA tot en met de bonuskaart van de Albert Heijn. Er wordt enorm veel data verzameld door private partijen, waarbij de overheid steeds achteraan loopt. Maar de misdaad groeit en cybercrime is daar bij gekomen.” Hij legde vervolgens uit dat camera’s wel effectief bleken te zijn bij de videotheek aan het Pater van de Elzenplein, waar mensen beroofd zijn. In de Reeshof, om een jeugdgroep op te breken die daar veel overlast veroorzaakt en op bedrijventerreinen waar beveiligingsbedrijf Securitas niet op kan tegen de vele inbraken. “Het zijn twee kanten van de medaille. Het doel van de notitie is, om het houtje-touwtje toezicht in lijn te brengen.”

De privacy wil de burgemeester beschermen door “er vreemde ogen erop te zetten van specialisten aan de Universiteit van Tilburg, die toetsen op regelgeving.” De privacy-waakhond. “Het gaat om objectieve en subjectieve veiligheid. Gezichtsherkenning is inderdaad niet onfeilbaar. Maar niet kunnen optreden terwijl je weet wie het zijn die je zoekt, wekt geen vertrouwen in de buurt.” Ook heeft de gemeente een speciaal telefoonnummer voor vragen en klachten. (Zie onderaan dit artikel)

Terwijl de SP, D66 en de PvdA de opmerkingen van GroenLinks steunden, kwamen er ook felle reacties. Oscar Dusschooten van de VVD: “Ik heb genoeg onzin gehoord vanmorgen. De heer Vintges vergeet om uit te gaan van de wet: nee, tenzij. Er moet dus iets aan de hand zijn, voordat de burgemeester mag overgaan op cameratoezicht. En het veiligheidsgevoel is geen reden voor cameratoezicht? We hebben de plicht om ervoor te zorgen dat burgers zich veilig voelen. Ik wil persoonlijk in lantarenpalen klimmen om ze op te hangen. De enige reden om ze op te hangen is, dat we niet genoeg mensen hebben om op elke straathoek toezicht te houden, dat is juist de reden dat ze er zijn.” Ook de privacy-waakhond vond hij overbodig: “De wet is duidelijk. Privacy, hou er nou eens over op. Laat de samenleving bepalen wanneer camera’s nodig zijn, niet de waakhond, die mag in het asiel blijven.”

quadrocopter-drones-met-camera
Quadrocopter drones, uitgerust met een camera

Joost van Puijenbroek, Trots: “Jammer dat dit op de agenda staat. Dit is niet meer dan angst zaaien met insinuaties van GroenLinks. Is dit nou zo’n probleem? We moeten slim omgaan met het middel dat er is, het is efficiënt en er zijn minder mensen nodig voor toezicht. Ik ben een groot voorstander van camera’s, veiligheid is een kerntaak van de overheid en camera’s werken daarbij.” Aan de burgemeester stelde hij de vraag, of de aanschaf van drones al is overwogen.

Marcel van den Hoven, CDA voegde daar aan toe: “Ik heb er geen last van dat ik regelmatig op camerabeelden sta, ik heb niks te verbergen, dus niks te vrezen.”

De discussie werd voortgezet na de lezing over veiligheidsgevoel (zie onder), maar de commissieleden bleven bij hun eigen standpunten.

Oscar Dusschooten: “Waar worden principes nog wel en niet gerespecteerd? Ik heb over privacy gezegd: “Hou op met het gedoe over privacy, de winkelier ligt er niet wakker van dat zijn winkelgebied in de gaten wordt gehouden met camera’s. Het enige wat ik heb gezegd: De discussie over privacy is opgeblazen.” Marc Vintges: “Hoe rijmt u uw opvatting over privacy met uw liberale gedachtegoed? Dusschooten: “We hebben het over openbaar gebied. Als u camera’s in mijn slaapkamer wil hangen moet u daar dik voor betalen.” Marc Vintges: “Dus u vindt dat privacy niet thuishoort in het openbaar gebied? Oscar Dusschooten: “Wat mij stoort is dat u er een karikatuur van maakt.”

Peter Noordanus kreeg het laatste woord: “Hoewel u nog duidelijk niet op een lijn zit, mag ik toch concluderen dat de notitie breed gedragen wordt. Met voldoende ambitie van de VVD en voldoende privacy waarborging van GroenLinks. Dank voor de brede steun.”

Lezing over veiligheidsgevoel

Deze discussie werd twee uur lang onderbroken voor een lezing over ‘subjectieve veiligheid’, ofwel: het gevoel van (on)veiligheid bij mensen. Deze lezing werd verzorgd door Marnix Eysink Smeets. Over cameratoezicht vertelde deze: “Wat bekend is, is dat het goed werkt op afgesloten parkeerterreinen, waar het ooit ook is begonnen. Daarna is iedereen ermee op de loop gegaan en is het geëxplodeerd. We zien nu cameratoezicht in alle vormen en op alle plekken. Dat is onzin! Als je wereldwijd alle evaluaties over cameratoezicht bij elkaar neemt, zie je dat het nauwelijks bijdraagt aan veiligheid. Alleen op het gebied van auto-inbraak zie je enigszins effect. Mensen denken dat ze zich veiliger zullen gaan voelen met camera’s, maar dit is een geromantiseerd beeld en uiteindelijk blijkt het niet zo te zijn.” Hij legde ook uit, dat juist het ophangen van camera’s het onveiligheidsgevoel van mensen kan versterken. Juist doordat er camera’s hangen, kunnen mensen daaruit de conclusie trekken dat het dan wel onveilig zou kunnen zijn op die plek.

“Een andere drijfveer om camera’s op te hangen, is rechtvaardigheid. Dit wordt wel steeds belangrijker voor mensen, omdat ze niet willen dat iemand een misdrijf kan plegen en ermee weg kan komen. Maar er is geen enkel wetenschappelijk bewijs dat camera’s zoden aan de dijk zetten.”

“Anderzijds dragen camera’s wel bij aan uw eigen veiligheid als bestuurders en raadsleden. U wilt natuurlijk niet door de burger erop worden aangesproken dat u niks aan veiligheid hebt gedaan. U kunt veilig op de camera’s wijzen en laten zien dat u zich wel heeft ingezet voor veiligheid. Ik kan het me wel voorstellen, maar wees daar dan eerlijk over.”

Radioreportage

van F. van der Meer en Jeroen de Leijer over cameratoezicht.
[soundcloud url=”http://api.soundcloud.com/tracks/80916446″ params=”” width=” 100%” height=”166″ iframe=”true” /]
Bron: Tilburgdotcom.nl

Camera’s in Tilburg

In Tilburg zijn op dit moment 90 vaste toezichtcamera’s geplaatst: 68 in de binnenstad en 22 buiten de binnenstad. Deze camera’s zijn in eigen beheer van de gemeente. Daarnaast worden camera’s ook ‘flexibel’ ingezet: voor bepaalde korte perioden, bijvoorbeeld bij evenementen, zoals tijdens de kermis en Festival van het Levenslied. Camerabeelden worden in Tilburg vier weken bewaard, wat de maximale, wettelijke termijn is.

De camera’s in het ‘horecaconcentratiegebied’, in de Binnenstad, kunnen gezien worden als een soort van ‘harde kern’ van het Tilburgse cameratoezicht. Hier werden de eerste camera’s geplaatst. En hier hebben de cameraposities ook de langste historie: 23 van de camera’s die daar nu staan werden al in 2000 geplaatst. De anderen volgden later. Deze camera’s zijn geplaatst om bij te dragen aan de aanpak van het geweld in de binnenstad. De gewenste locaties werden in 2000 voor het eerst bepaald op grond van een analyse van alle geweldsincidenten in de Binnenstad over de periode 1996 tot en met 1999, zoals: geweldsincidenten, vandalisme/baldadigheid, overlast, zedenmisdrijven, overvallen, beroving/tasjesroof en bedreiging. De Heuvel, de Heuvelring en het Piusplein waren de eerste locaties waar camera’s kwamen te hangen. Deze camera’s bleven de jaren erop bijna allemaal gehandhaafd.

Het digitaal versturen van beeldmateriaal heeft de afgelopen jaren een enorme vlucht genomen. Iedereen kan tegenwoordig filmbeelden maken en digitaal, bijvoorbeeld met een mobieltje, verzenden. Ook met het cameranetwerk in de stad is getest met het digitaal verzenden van camerabeelden en in 2013 wordt geleidelijk overgegaan van het analoge systeem naar een IP-netwerk.

Dit laatste is een beslissing die een grote impact zal hebben op de realisatie van nieuwe cameraposities in de toekomst. Camera‐inzet zal er makkelijker door worden: er hoeft niet allereerst een glasvezelverbinding te worden aangelegd, maar draadloze camera’s kunnen worden geplaatst waar ze nodig zijn en kunnen ook makkelijker worden verplaatst. Voor de camera’s die er nu al zijn is deze ‘digitale revolutie’ minder interessant: het glasvezelnetwerk dat er is blijft in gebruik en wordt niet vervangen door draadloos.

Op dit moment mogen er alleen camera’s worden gebruikt die zijn vastgeschroefd aan een paal of muur. Maar het Rijk is bezig met een wetswijziging, waardoor het voor gemeenten mogelijk wordt om ook flexibele camera’s in te zetten. Dan kunnen bijvoorbeeld ook politie-agenten worden voorzien van een digitale camera, die ze mogen gebruiken voor opsporing.

Bron: Notitie Cameratoezicht – september 2013

Vragen en klachten

Vragen en klachten kunnen de Tilburgers kwijt via de gemeentepagina over cameratoezicht, waar een speciaal telefoonnummer te vinden is.

Geef een reactie