Gedicht: Ongevraagd besmet – Ebola

Dit gedicht is een gastbijdrage van Thea Vos

’n gebied van zand, bloemloos, kleurloos
Sierra Leone, blonde bergen
Daar ligt hij, in ’t aangezicht des doods
Troebele omberkleurige ogen smeken
Mensen in krotten kijken weerloos toe
Zijn roep, laat mij toch binnen, blijft onbeantwoord
Vogels vliegen hem voorbij
Het nog resterend daglicht, is al in mist gehuld
Zijn gebed wordt niet gehoord
Als ’n achtergelaten steen ligt hij in een bed van stof
Kwijnend in de brandende zon
Moed verzamelend tot de maan verschijnt
In een wereld van alles en niets
Starend naar een uitzichtloze horizon
Aanschouwt hij de wereld in cameraformaat
Zout zal hij niet meer proeven
Het zoet niet meer verlangen
Morgen als het regent zal zijn schaduw verdwijnen
Ebola wordt weggewassen
De zon zal besmetting doen verbranden
Alles wordt vermengd met het stof
Tot de wind alles verwaait
Alsof hij er niet was
Hulp van medemens was zijn droom
Tot de blijvende nacht zich aankondigt
Als de straten weer zijn verstild
En ik filosofeer over het leven
Is hij in mijn gedachten verweven
Tot hij uit de hel is verlost
Ontbladerd van zielepijn
Dan mag zijn stem rusten
Ik heb hem gehoord.

Thea Vos. Cl.

Geef een reactie