De zaak van Peerke ‘Gebruikte Meubelen’ aan de Korvelseweg is een begrip in Tilburg en bovendien is Peter Hessels zeer betrokken bij het reilen en zeilen in deze winkelstraat. Over hoe dat zo gekomen is en hoe hij de toekomst ziet had ik met hem een gesprek.
“In 1981 kwam ik uit militaire dienst en ik had daarvoor de detailhandelsschool gedaan, omdat ik graag iets voor mezelf wilde beginnen. Maar in die tijd was de werkloosheid erg hoog en onder jongeren zelfs 50%. Gelukkig kon ik bij een oom aan de slag, die handelde in gebruikte meubelen, als chauffeur. In die tijd pakte ik alles aan en ik vond dat allang best. Anderhalf jaar later dacht ik: “Dat kan ik zelf beter.” Toen heb ik een filiaal van mijn oom overgenomen, in Tilburg in de Tivolistraat. Daar ben ik ‘weggesaneerd’ door de komst van Interpolis, waar mijn winkel was is nu de Interpolistuin, en met Kerst 1991 begon ik hier aan de Korvelseweg.”
De handel in gebruikte meubelen is vooral leuk. Het werk achter de laptop vind ik wat minder, maar hoort er nou eenmaal bij. Ik had in 2000 al een website met een webshop waar ik zelf foto’s van nieuwe meubels op kon zetten. Ik ben echt een mensen-mens en door deze handel kom ik bij veel mensen thuis en zie ik achter de voordeur hoe mensen leven. Ik zie rijkdom en armoede en dat maakt dat ik me als mens verantwoordelijk voel voor mijn omgeving. Ik heb drie mensen in dienst en mijn vrouw werkt ook in de zaak. Maar daarnaast heb ik meestal twee stagiaires van ROC-AKA, die werkervaring willen opdoen. Op de AKA zitten jongeren die moeilijk studeren, theorie op school is nodig als basis, maar zij ervaren dat als een straf. Tot dan toe krijgen ze alleen maar te horen wat ze níet kunnen. Als ze hier komen bloeien ze helemaal op. Ze zijn gemotiveerd om aan te pakken en dan krijgen ze voor het eerst een compliment of schouderklopje, dat is zo mooi, dan zie je die jongens groeien.”
Er komt een glundering in Peters ogen als verder vertelt: “Door deze kinderen mee te laten doen, en dat is eigenlijk heel eenvoudig, geef je ze een kans om verder te komen. Ik begrijp dan ook het gebrek aan stageplaatsen niet, aangezien het zoveel plezier geeft. Het scheelt natuurlijk wel, dat dit bedrijf zich er goed voor leent en dat ik een team met ervaren en gemotiveerde mensen heb.” relativeert hij. “Maar ik heb ook twee herintreders in dienst, die ‘arbeidsongeschikt’ waren. Als je openstaat voor mensen is dat het gemakkelijkst. En jonge mensen om me heen houden mij ook jong, via hen leer ik alles over social media en weet ik ook dat ‘chillen’ niks met een diepvries te maken heeft.” lacht Peerke.
“In 20 jaar is er veel gebeurd. In het begin ging het vooral om groei en hadden de meeste ondernemers weinig oog voor hun omgeving. Het ging gewoon goed. Na 9-11, de ineenstorting van de Twin-Towers in New York op 11 september 2001, kwam er bij mij een kentering. Ik ben meer naar mijn omgeving gaan kijken en ik realiseerde me dat ook ik afhankelijk ben van anderen en dat samenwerking met anderen nodig is. In 2003 wilde de Kamer van Koophandel een pilot ‘Veilig Ondernemen’ starten en daarmee zijn we als ondernemers aan de Korvelseweg aan de slag gegaan. Veilig Ondernemen draait om het omgaan met veiligheid in de breedste zin van het woord, en niet alleen voor je eigen bedrijf, maar ook buiten op straat. Het gaat ook om bewustwording, het gevoel van veiligheid op straat. Zo hebben we toen met z’n allen besloten om de etalageverlichting langer te laten branden, dat straalt warmte uit.”
“Een braderie met Koninginnedag was er al heel lang, maar vanaf 2005 is de opzet veranderd. We zijn gaan samenwerken met verenigingen en organisaties door hun gratis een kraam aan te bieden, zo werd het een sociaal maatschappelijk evenement, we zijn op de Korvelseweg voorlopers op dar gebied. Vanuit de oude structuren die er op Korvel altijd al waren, was er weinig voor nodig om de saamhorigheid weer aan te wakkeren. Het scheelt ook dat hier veel ondernemers ook bij het bedrijf wonen. Met ‘Winter in Zuid’ zijn we een stap verder gegaan. Hier hebben we ook de bewoners bij betrokken en dat heeft ook het dorpsgevoel weer wakker gemaakt.” Lacht: “Wij zijn in Nederland de enige ondernemersvereniging met een groeiend aantal leden!”
Je bent dus al heel lang bezig met maatschappelijk verantwoord ondernemen? Peerke reageert fel: “MVO? Daar wil ik niet bijhoren, dat is je reinste volksverlakkerij. Neem bijvoorbeeld de Rabobank, die maken de goede sier met maatschappelijk verantwoord ondernemen en ondertussen investeren ze in de bouw van een XL-supermarkt op Stappegoor. Volstrekt maatschappelijk ónverantwoord. Die XL-supermarkt is een miskleun van de bovenste plank, die alleen een financieel probleem van de gemeente oplost, maar een heleboel nieuwe problemen creëert. Een goed detailhandelsbeleid, dat we nu hebben, gaat ervoor de prullenbak in en de banken en projectontwikkelaar vullen hun zakken. MVO is een boevenclub, daar wil ik niet bij horen! Maatschappelijk betrókken ondernemer, dát ben ik wel. Maar alle bedreigingen van buitenaf maken de saamhorigheid op de Korvelseweg alleen maar sterker. Ondernemers zijn strijdbaar, bij tegenslag spugen we een keer in de handen en gaan we er tegenaan!”
“Zelf ga ik nog zeker wel 20 jaar verder, als ik tot mijn 71e doorga, haal ik het 50-jarig ondernemerschap. Ik doe mijn werk met heel veel plezier, maar ik leef niet om te werken, ik werk om te leven. Wat ik echt leuk vind, is dat mijn dochter nu Mode&Design studeert en daarbij heeft ze nu een kledingwinkel in mijn winkel, een ‘shop-in-shop’, met gebruikte kleding. Dit wil ze graag na haar studie voortzetten. Ik vind het heel leuk dat zij toch een beetje in mijn voetsporen treedt, maar dat komt natuurlijk ook doordat we altijd bij de winkel hebben gewoond.”