Gastbijdrage van Joost van Huijgevoort
De legitimatie van de lokale democratie staat de laatste jaren behoorlijk onder druk. Vooral in Tilburg, waar de laatste jaren de opkomst van de kiesgerechtigden zich in een neergaande spiraal beweegt. Naast de landelijke tendens is dat vooral een gevolg van de geloofwaardigheid van de Tilburgse politiek in de afgelopen periode.
Zo sneuvelden er bijvoorbeeld in het MIDI-debacle een burgemeester en twee wethouders, werd er na een verschrikkelijk zwembad-ongeluk geen politieke verantwoordelijkheid gedragen, liep een project als Stappegoor gierend uit de hand, bleek een deal met Fontys in de Spoorzone zo zacht als boter, was de vestiging van Novadic-Kentron in een wijk een politiek steekspelletje, werden zaken vaak politiek/ambtelijk zo slecht uitgewerkt dat er later of financiële problemen ontstonden of Tilburgers in de kou werden gezet en ook nu weer wil de politiek via allerlei gecompliceerde koppelingen de renovatie van het stadhuis misbruiken om hun visie door te drukken. De arrogantie in de Tilburgse politiek druipt er vanaf!
Veel van de politieke processen rondom deze voorbeelden voltrokken en voltrekken zich buiten het beeld van de Tilburgers of zelfs van de eigen gemeenteraad. Politiek Tilburg valt om van het vertrouwelijk overleg en het verstrekken van geen, onvolledige of gekleurde informatie. Er verschijnen regelmatig zeer kritische rapporten van de rekenkamer over het functioneren van de gemeentelijke organisatie en het bestuur in het bijzonder, maar het leereffect hiervan is nihil en de desbetreffende besluiten worden doorgaans in het “luchtledige” geformuleerd. Ook nu weer afgaande op de moties en amendementen van overwegend de coalitiepartners (the Brothers and Sisters in Arms).
Een ander specifiek Tilburgs probleem is de afhankelijkheid van de zogenaamde netwerken van de burgemeester. Eigenlijk een vorm van politiek onvermogen, maar vooral het risico van de slangenkuil. Op alle fronten worden de gekende adviseurs binnengeloodst om hun invloed te doen gelden. Alles komt in deze sfeer van buiten om het zogenaamde van binnen af te troeven. Slaafs lopen in Tilburg de ambtenaren en politieke bestuurders in het gareel van in achterkamertjes ontvouwde ideeën en geprogrammeerde processen en instructies. Het is dan ook niet opmerkelijk te kunnen constateren dat op cruciale momenten steeds dezelfde externe mensen aan tafel zitten. Deze vorm van afhankelijkheid en impliciete beïnvloeding draagt natuurlijk niet bij aan de gewenste betrokkenheid van de Tilburgers en de noodzakelijke transparantie bij politiek bestuurlijke processen.
De conclusies in het rapport van de Raadenquêtecommissie in het kader van de Midi-affaire, de eerder gememoreerde Rekenkamer-adviezen, opmerkingen in de Auditcommissie van de raad en ook van de gemeentelijk accountant zijn voor het grootste deel te kwalificeren als “paarlen voor de zwijnen”. De politieke macht laat zich blijkbaar niet graag controleren en omdat de coalitiepartijen die houding uit eigen belang graag ondersteunen, komt in Tilburg het dualisme louter procedureel van de grond. Daardoor heeft en krijgt de lokale politiek geen gezicht voor de Tilburger. Eerder ontbreekt het grote groepen Tilburgers aan de overtuiging dat de politiek en de ambtenaren een open oor hebben voor hetgeen er onder de Tilburgse bevolking leeft!
Het vertrouwen in de politici en ambtenaren is in Tilburg dan ook niet erg groot. Op het moment dat ik dit schrijf is het bekritiseerde winkelrondje in de gemeenteraad en zijn het wederom de coalitiepartijen die doof zijn voor de argumenten en weer machtspolitiek bedrijven. In Tilburg heerst zowel politiek als ambtelijk een overdreven sorry-cultuur en daarmee denkt men de ontstane plooien glad te strijken en breuken te lijmen. Dit voortschrijdend gemodder moet zo langzamerhand eens echt ophouden. De neo-liberale houding van bestuurlijke vernieuwing zou onderhand eens een invulling dienen te krijgen. Te beginnen met een (zoveelste) bezinning op de rol van de gemeenteraad. Niet alleen door de afgedreven politiek zelf, maar samen met de Tilburgers!
De functie van de gemeenteraad en de gemeenteraadsleden is namelijk drieledig. Enerzijds toegankelijk zijn door met twee benen in de lokale samenleving te staan en anderzijds het vertalen van de hieruit voortgekomen indrukken in gemeentelijk beleid. Daarnaast controleren of het dagelijks bestuur deze opdrachten correct, tijdig en tegen de vooraf afgesproken middelen realiseert. Hierbij moet de dubbele loyaliteit als coalitiepartner kunnen worden overwonnen. Niet altijd even eenvoudig, maar hier komt de benodigde kwaliteit van gemeenteraadsleden en politieke partijen om de hoek kijken. Afgaande op de inmiddels vele politieke en ambtelijke miskleunen in Tilburg beslist geen sterke kant van bestuurlijk Tilburg. Voor de nieuwe gemeenteraadsverkiezingen in 2018 moet deze bezinning zijn afgerond. Er zullen beslist adviseurs zijn in de Tilburgse omgeving die zo’n proces kunnen vormgeven en begeleiden!
De Tilburgers zou ik willen adviseren de politiek niet te laten ontsnappen. Zit er bovenop en reken de niet willende politiek keihard af met een grote opkomst bij de verkiezingen. Laat je niet ringeloren door de doorgeschoten landelijke partijen, maar kijk vooral naar de Tilburgse omstandigheden. Zo’n omwenteling in denken is nodig om het politieke veld opnieuw in te richten en niet verder te laten versnipperen!
1 reactie
Voeg die van jou toe →In 2018 zijn we te laat, te laat zijn we nu al!