Site pictogram Tilburgers.nl

Snelfietsroute: Een congres op de fiets

Een congres over fietsen en bewegwijzering organiseer je niet in een saai zaaltje met lange betogen; die organiseer je op de fiets. En daarom fietsten een kleine 150 congresdeelnemers uit binnen- en buitenland op donderdag 13 september 2018 tussen Tilburg en Waalwijk.

Onderwerp van de bijeenkomst was de snelfietsroute tussen Tilburg en Waalwijk: de F261. Deze F261 moet in 2020 klaar zijn, maar: hoe zorg je er nou voor dat het ook echt een snelfietsroute wordt en dat deze herkenbaar is voor alle gebruikers? Mensen die dagelijks naar hun werk fietsen, maar ook toeristen moeten ermee uit de voeten kunnen. Hiervoor moeten de borden langs de route, maar ook de belijning op de weg logisch en duidelijk zijn.

Presentatie langs de route in Waalwijk.

Bovendien: ook Denemarken, Duitsland, Noord-Ierland en Vlaanderen zijn bezig met het aanleggen van snelfietsroutes. De bedoeling is dat er uiteindelijk één methode komt die in al deze landen (en verder in Europa) kan worden toegepast.

Voor al deze gasten waren fietsen te leen, gesponsord door Gazelle. Deze gasten hoefden ’s avond dan ook niet terug te fietsen, maar gingen terug met een pendelbus naar hun hotel.

Een oud bord (boven) en een nieuw bord. Het nieuwe bord is een flink stuk kleiner dan het al bestaande bord en pas vanaf enkele meters afstand leesbaar. De gegeven informatie is wél een stuk duidelijker.

Daarom vertrokken er donderdag 13 september acht groepen van 10 à 12 personen vanuit Tilburg richting Waalwijk en nog eens vier groepen vanuit Waalwijk richting Tilburg. Langs de ene helft van de route stond de bewegwijzering van het bedrijf Mijksenaar uit Amsterdam en langs de andere helft het systeem van Van Rens. Bij deze bewegwijzering horen ook de groene lijnen die op verschillende fietspaden in Tilburg kunnen worden aangetroffen.

De bedoeling was dat alle deelnemers gingen beoordelen welk systeem het beste was en welke verbeteringen er nog nodig waren.

Eén manco hadden beide systemen alvast: de letters bleken veel te klein. Het eerste systeem lijkt nog het meest op de bewegwijzering die in Nederland allang bestaat: rood op een witte achtergrond. Nieuw is wel het wat grotere routebord waarop goed te zien is waar je als fietser bent en welke plaatsen langs de route nog volgen. Beide systemen hadden een dergelijk bord bedacht; en ja, met te kleine letters. Je moet echt voor het bord gaan stilstaan om alles te kunnen lezen. En dat wil je niet op een snelfietsroute: stilstaan.

Het tweede systeem, tussen Loon op Zand en Waalwijk, heeft een duidelijk logo meegekregen en borden met een punt die de richting wijzen. Dat maakt dat die borden wel duidelijker zijn van een grotere afstand. Echter, hier twijfelde ik aan de kleuren: de borden hadden een voornamelijk rood oppervlak en waren best klein met 40 bij 30 centimeter. Is dat wel duidelijk? Bij daglicht en mooi weer ziet alles er wel goed uit en is er niks wat het zicht hindert. Maar hoe zit dat in het donker? En bij mist en regen?

En dan nog het wegdek. Enkele deelnemers waren een beetje teleurgesteld; zij hadden gedacht dat de snelfietsroute als een biljartlaken door het land zou liggen. Niks is minder waar.

De hobbelige betonplaten, inclusief scheuren in Loon op Zand die elke fietser wel kent, liggen er al sinds de jaren ’60 en Waalwijk grossiert in haakse bochten en betontegels met kieren waar een fietsband makkelijk in vastrijdt.

Maar ook in Tilburg is de snelfietsroute een stoproute zodra je het Wilhelminakanaal bent overgestoken en door het industriegebied Kraaiven moet, waar de naden je uit de broek worden gescheurd door het voorbij razende verkeer. En heb je dat eenmaal overleefd, dan val je haast flauw van de fiets door de aroma’s van waterzuivering en afvalstort. Daarna volgt een pad met hobbelige klinkers, die er nog steeds liggen omdat Tilburg en Loon op Zand het nog niet eens zijn over de exacte grens tussen beide gemeenten. En het idee om dan samen die klinkers te vervangen door iets beters, blijkt toch te moeilijk.

Presentatie langs de route in Kaatsheuvel.

De reden dat het wegdek voor fietsers belangrijker is dan ooit voorheen, ligt in het feit dat het aantal e-bikes, elektrische fietsen, enorm aan het toenemen is. Was een dergelijke fiets voorheen nog vooral iets voor de oudere medemensen, tegenwoordig blijken zelfs steeds meer scholieren op zo’n fiets te rijden en is het ‘hip’. En op een fiets die harder kan heb je veel meer last van hobbels in de weg.

Toch zijn deze elektrische fietsen de ultieme aanleiding voor gemeenten en provincie om meer te investeren in fietsroutes. Omdat deze fietsen veel sneller kunnen en voor de fietser minder tijd en moeite kosten, hopen ze dat mensen eerder geneigd zullen zijn om de auto voortaan thuis te laten.

Langs de route werd regelmatig gestopt voor een korte presentatie van de deelnemende bedrijven of van studenten van de NHTV in Breda, dat we voortaan Breda University moeten noemen.

De fietsdag werd afgesloten met een diner en een eindpresentatie in het Fata Morgana van de Efteling, waarna alle deelnemers bij het weggaan hun naamkaartje moesten deponeren bij één van de twee wegwijzer-concepten. Ik twijfelde nog steeds tussen de witte en rode achtergronden, waarbij beide systemen te kleine bordjes met te kleine belettering hadden. De borden die uitgevoerd waren met een punt gaven uiteindelijk de doorslag.

In m’n eentje fietste ik van de Efteling terug naar Tilburg en doordat het juist begon te schemeren viel me op wat ik me de hele dag had afgevraagd: in het donker vallen de kleine, rode bordjes niet op. En zeker niet als ze ook nog verdekt staan opgesteld tussen lommerrijke bomen en struiken langs een route waar geen straatverlichting is.

Ik had zojuist mijn kaartje bij het verkeerde systeem gelegd.

Mobiele versie afsluiten