In juli 2011 heeft de gemeente een bedrag van 1.472.000 euro geleend aan woningbouwcorporatie Vestia voor het bouwproject van 184 koop- en huurwoningen in de Lochtstraat. Deze lening zou een looptijd krijgen van vijf jaar, waardoor deze in juli 2016 afloopt. De woningen aan de Lochtstraat dienden daarbij als onderpand voor de lening. Het betreft hier een achtergestelde lening, wat betekent dat de gemeente Tilburg als laatste haar geld krijgt terugbetaald als Vestia failliet zou gaan.
Wie, in geval van een faillissement, tot de achtergestelde schuldeisers behoort, kan in de praktijk over het algemeen fluiten naar het geleende geld. Bij een faillissement komen immers eerst alle andere schuldeisers aan de beurt. Over het algemeen is er bij lange na niet genoeg geld om alle schuldeisers te betalen; zou dat immers wél het geval geweest zijn, dan was er geen sprake van een faillissement.
De TVP (Tilburgse Volkspartij) heeft over deze lening vragen gesteld omdat deze partij benieuwd is hoe het ermee gesteld is. Bovendien wil de TVP weten wie nu de eigenaar is van het wooncomplex aan de Lochtstraat, Vestia, of het Duitse Patrizia Immobilien AG waaraan Vestia vanaf medio 2014 landelijk 5.500 woningen heeft verkocht. De TVP licht haar vraag toe: “Via uw raadsbrief bereikte ons in december 2014 het bericht dat Vestia dit eigendom verkocht had aan het Duitse Patrizia. De verkoop is getoetst en akkoord bevonden door de Minister.”
De TVP wil weten of de lening van de gemeente Tilburg is ingebracht bij de Minister bij toetsing of de verkoop doorgang kon vinden, en zo ja, op welke manier het financiële belang van Tilburg gegarandeerd is. En ook of Vestia een achterstand heeft inde betaling aan de gemeente Tilburg, en hoe het nu zit met het wooncomplex als onderpand voor de lening.