Op 1 juli 2014 is het Nieuwe Ondersteuningsmodel Arbeidsmarkt (NOMA) van start gegaan, wat de voorloper is van de Participatiewet, die een halfjaar later op 1 januari 2015 inging. Het doel was en is om met veel minder geld en door middel van samenwerking met Sagenn en Diamantgroep meer mensen met een uitkering en aan een betaalde baan te helpen. Onder andere door meer mensen (vrijwilligers)werk te laten doen, meer scholing en betere dienstverlening aan werkgevers.
Twee jaar later blijkt dat de verwachte resultaten qua uitstroom uit de bijstand of WW tegenvallen. De afgelopen anderhalf jaar is het uitkeringen gestegen van 6700 naar 7700.
Er zijn minder mensen (20%) in begeleiding richting werk bij Sagenn en de Diamantgroep dan afgesproken, de uitstroom naar betaald werk is 15% lager dan verwacht en de uitstroom uit de bijstand door andere oorzaken dan betaald werk (bijvoorbeeld: trouwen, emigreren, stopzetten van de uitkering als iemand niet goed meewerkt, gevangenisstraf, met pensioen gaan of overlijden) is 40% minder dan was verwacht.
Daarom heeft het College van B&W (Burgemeester en Wethouders) een aanvalsplan bedacht.
Als we meer mensen perspectief bieden dan profiteren in eerste instantie de mensen hier zelf van, maar werkgevers krijgen ook eerder en makkelijker de juiste werknemers. Als mensen zelf in hun bestaan kunnen voorzien, doen ze minder of geen beroep op een uitkering en levert dit de gemeente een besparing op de uitkeringslasten op.
In de kern komt het er vooral op neer dat medewerkers van Werk &Inkomen de cliënten goed moeten leren kennen. Een goed contact met cliënten moet ervoor zorgen dat mensen beter geholpen worden met het vinden van werk, maar ook dat mensen sneller betrapt worden als ze niet goed meewerken of ‘stiekem’ samenwonen.
Al tijdens het eerste gesprek, nadat een cliënt zich voor een bijstandsuitkering heeft aangemeld via de website van het UWV, moet de medewerker beslissen of de persoon in kwestie direct bemiddelbaar is voor werk, of niet. Ook al duurt het dan nog een maand voordat de uitkeringsaanvraag echt in behandeling wordt genomen, dan ook krijgt de (aanstaande) cliënt al begeleiding bij het vinden van werk.
Alle werkzoekenden die niet direct bemiddelbaar zijn krijgen voortaan binnen drie dagen na het meldingsgesprek een intakegesprek. Anders dan voorheen maakt het niet meer uit of het om een jongere gaat of een oudere persoon. In dit gesprek moet duidelijk worden welke ondersteuning iemand nodig heeft om werk of een participatieplaats te vinden. Als het nodig blijkt kunnen hierop extra onderzoeken volgen, zoals bijvoorbeeld een arbeids-medisch onderzoek. Begeleiding en ondersteuning worden daarna meteen ingezet, er wordt niet meer gewacht totdat het recht op uitkering is vastgesteld.
Cliënten waarvan al snel blijkt dat ze niet zelfredzaam zijn en het vermoeden is dat er meerdere problemen een rol spelen die een baan of vrijwilligersplaats in de weg zitten, worden in de Toegangsteams besproken. Van deze Toegangsteams zijn er in Tilburg 11, met daarin medewerkers van onder meer Maatschappelijk Werk, de GGZ en andere hulpverlenende organisaties.
Door deze nieuwe manier van werken wordt de ‘inspanningsverplichting’ – de vaste regel dat de cliënt eerst binnen vier weken 20 sollicitaties moet doen – gedeeltelijk losgelaten. Het nieuwe plan stelt dat het niet zinvol is om van iemand met weinig kansen te verwachten dat hij of zij zonder ondersteuning betaald werk vindt. De inspanningsverplichting wordt voortaan alleen opgelegd aan aanvragers die volgens de intake-medewerker volledig zelfredzaam en direct bemiddelbaar zijn.
Door het vervallen van de inspanningsverplichting voor een grote groep aanvragers, zal de afhandeling van de aanvraag veel sneller dan nu kunnen plaatsvinden. Hierdoor heeft de klant veel eerder duidelijkheid, zodat hij of zij zich volledig kan richten op werk of zorg, zonder de lange onzekerheid over het wel of niet ontvangen van bijstand. Voor Werk & Inkomen heeft dit ook als voordeel dat er veel minder vaak een voorschot op de uitkering hoeft te worden gegeven.
Medewerkers van Werk & Inkomen, die zijn aangesteld om mensen te koppelen aan werkgevers, moeten maar met één ding bezig zijn: een snelle en kwalitatief goede en duurzame koppeling maken tussen de werkzoekende en de werkgever. Het maakt niet uit of het om een paar uur in de week gaat of om een full-time baan. De wens van de werkgever en de mogelijkheden van de werkzoekende zijn hierin altijd leidend. Dit betekent voor cliënten dat zij geplaatst kunnen worden op een voor hen minder wenselijke baan. Als clienten dit niet accepteren zal de bijstandsuitkering onmiddellijk worden stopgezet.
Werk & Inkomen gaat strenger controleren of mensen met een bijstandsuitkering zich aan de regels houden, onder meer door meer informatie over mensen te verzamelen en te gebruiken. Cliënten moeten zich er nog meer van bewust worden dat zij belastinggeld kosten.
Om dit alles, naast veel interne veranderingen van taken, uit te kunnen voeren heeft de afdeling Werk & Inkomen zelf meer personeel nodig. In totaal bij 16 volledige banen (15,32 fte.).
Na de zomervakantie mogen de raadscommissie Sociale Stijging en de Sociale Raad eerst nog inbrengen wat zij van dit aanvalsplan vinden, voordat het daadwerkelijk geheel wordt ingevoerd.
Het volledig plan op .pdf is hier te lezen en/of te downloaden.
2 reacties
Voeg die van jou toe →Voor veel mensen is er simpelweg geen werk. Zelf zit ik in de sfeer van datawarehouses en business intelligence, maar met mijn 48 word ik al te oud. Ze willen dertigers.
Typisch weer zo’n aanpak in “divosa-stijl”! En……..gaat weer extra veel geld kosten in de vorm van personeel. Of het oplopende dilemma in de matching tussen werkzoekende en werkbiedende hiermee wordt ondervangen is zeer de vraag. In feite weer zo’n maatregel uit de oude doos met als basis financiële risicobeperking. De beleidsmatige creativiteit bij Werk en Inkomen reikt ook hier weer niet verder dan het eigen onvermogen!