Stel je voor, je bent ’n gast of meid, woonachtig in een relatief arm land, deels omringd door landen waar het aanzienlijk beter gaat. Het vervallen dorpje, waar doorgaans weinig te beleven valt, loopt sinds enkele dagen vol met mensen uit die landen waar je zelf wel zou willen wonen, omdat de toekomstperspectieven daar beter lijken te zijn. Als de avond valt en je weer eens met een stel van je leeftijdsgenoten tegen het hek van de lokale school staat te niksen komt er weer zo’n groep mensen, vanwege hun goed verzorgde kleding en uiterlijk, zichtbaar afkomstig uit een rijkere deel van de het continent, voorbij gelopen.
Zoals het de voorgaande avonden deze week al vaker het geval in geweest maakt zich een golf van opwinding bij ons, de jongeren van Potočari, meester. In tegenstelling tot de voorbije keren nemen twee van ons het initiatief om op deze goedgeklede mensen af te stappen en ze aan te spreken. Vanaf een afstandje zien we dat het groepje hippe vreemdelingen enigszins geschrokken reageert op deze plotselinge benadering van de twee van ons.
“Daar gaan we weer” denk ik….of toch niet!?! Als onze twee vrienden terugkomen krijg ik te horen dat we wellicht toch welkom zijn op het feest dat in het kader van het ontwikkelingsproject in onze gemeente wordt georganiseerd. Toch welkom? Net als de rest van de groep voel ik de onrust al in me opkomen. Stel dat ze terug komen en ons uitnodigen. Hoe stellen we ons dan op? Geen van ons spreekt een andere internationale taal: geen Engels, Duits, Frans of Spaans, en de drankjes tijdens de party zullen vast onbetaalbaar zijn.
Juist toen we in onze gebruikelijke modus waren teruggekeerd, zie ik dezelfde goedgeklede mensen richting ons komen aanlopen. “Hey guy’s, hey guy’s” hoor ik ze roepen. Nog voordat ik het besef lopen we keurig met z’n alle achter hen aan richting het feest. Niet veel later staan we te midden van kleurig uitgedoste mensen. Aan de hand van huidskleur, lichaamsbouw en spreektaal zichtbaar afkomstig uit allerlei rijkere delen van de wereld. Mijn maat die 10 minuten geleden met enig bravoure enkele van deze goedgeklede mensen op straat had aangesproken weet niet wat hij met deze nieuwe situatie aan moet. Met deze gastvrije uitnodiging hadden we absoluut geen rekening gehouden.
Nog voor dat we kunnen besluiten of we wel of niet op deze party zullen blijven worden we door een van de feestvierders kortstondig op sleeptouw genomen en wegwijs gemaakt wat betreft de bar met de ook voor ons betaalbare drankjes. Ondanks het feit dat we praktisch geen woord kunnen wisselen met het internationale publiek waar we nu tussen staan nemen we een drankje en zetelen we ons aan een van de tafeltjes. Hoewel we aanvankelijk voelen dat we door een aantal van deze goedgeklede mensen in de gaten worden gehouden maken we er ’t beste van en blijft het stoepje voor onze lokale school deze avond leeg.
Van 17 tot en met 27 juli is een groep van 30 personen samen op reis gegaan naar Srebrenica en Potočari in Bosnië en Herzegovina, 20 jaar na de val van de enclave en de genocide waarbij meer dan 8.000 mensen het leven lieten. De reis werd georganiseerd door PortAgora, Centrum voor Europese Samenwerking in Tilburg. Lees voor meer uitleg ook:
Reis naar Srebrenica – inleiding.
1 reactie
Voeg die van jou toe →Mooi stuk Peter. Goed geschreven. Mooie manier van het probleem belichtten.