Mikkers gaat, Beversluis komt

20150830 Martin Beversluis Stadsdichter Paleis Raadhuis _2343Het stadsdichterschap van Jasper Mikkers is na twee jaar voorbij.

Op zondag 30 augustus nam Martin Beversluis het stokje van hem over tijdens een ceremonie in het Paleis-Raadhuis.

Lovende woorden van D66-wethouder Marcelle Hendrickx (Cultuur) voor scheidend stadsdichter Mikkers.

“Met jouw ingetogenheid en voortdurende reflectie heb je onze stad op jouw manier beschreven en daar hebben we ontzettend van genoten. Wat ik ontzettend leuk aan je vond, is dat je verbindingen zocht, ook met jonge mensen.”

20150830 Paleis oude Raadszaal Martin Beversluit Wilbert van Herwijnen Stadsdichter 2015
Wilbert van Herwijnen (linksboven) motiveert de beslissing van de jury

Voorzitter Wilbert van Herwijnen van de Stadsdichtercommissie noemde in zijn toespraak Mikkers’ opvolger Beversluis ‘een zeer gedreven dichter, slammer, performer en podiumbeest, dat zich zowel bij de stad als bij het wereldgebeuren betrokken voelt’.
Tilburg kreeg in 2003 voor het eerst een stadsdichter in de persoon van Jace van de Ven. Daarna volgden onder anderen Nick J. Swarth (2005), Frank van Pamelen (2007), Cees van Raak (2009) en Esther Porcelijn (2011).

Het allereerste gedicht van Martin Beversluis als stadsdichter luidt: Dwaallichtje

Je bent lief als een briesje
in het ochtendlicht je bent
leed dat je met anderen deelt
je gedraagt je graag als een sjiek dom blondje
en dan loop je mee in een winkelrondje

dat alles ben jij
nee je bent nog veel meer

ik kan sterven aan schoonheid als ik door je parken loop
je bent een lelijk eendje als ik over je pleinen fiets
dit kleine dwaallichtje onderweg naar niets
is in constante tweestrijd concurrentie
haat en nijd dat alles ben jij

en veel meer

dit dwaallichtje zal lichter van gewicht zijn
en onderweg naar nergens want daar is het ook fijn
jij minachtte me het liefst hier bouwde ik mijn huis
en hoeveel keer heb jij mij al niet liefdevol verguisd
jij bent de ene helft ik ben de andere
je bent de stad die me heeft doen veranderen
tot ik niet anders kon dan voor anker gaan
dat alles ben jij

en meer

je bent vader en moeder tegelijk
en ik zie als ik zo op en in je kijk
je bent de mannen en de vrouwen
je bent de vriendschap en het vertrouwen
je bent de geschonden gebouwen
als stad absoluut een discounter
en terwijl ik veel in je haat kan ik steeds van je houden

dat alles ben jij

maar je bent nooit
een pas gekookt potje stoofperen
een windturbine
in een land zonder kinderen
of een ui.

 

Geef een reactie