Carnaval 1968. Een Primeur. We zien hier het standbeeld van de Kruikenzeiker op zijn toenmalige sokkel op de Heuvel. Het is een zonnige dag. Twee jongens roken (stiekem) een sigaretje en zitten tegen de sokkel, een groep meisjes verdelen wat er in de pot zit. Een dame met Solex kijkt vanaf een afstandje toe.
Tijdens de carnavalsdagen staat op de Heuvel het beeld van de Kruikenzeiker. Dit is inmiddels hét symbool geworden van het openbaar carnaval in Tilburg. De onthulling van de Kruikenzeiker op zaterdagmiddag door de Prins is het officiële startsein voor carnaval. Het beeld van de Kruikenzeiker is daarbij het middelpunt bij veel activiteiten tijdens de carnavalsdagen.
Maar toen het Carnaval in 1965 een openbaar feest werd, was niet de Kruikenzeiker, maar de Kruik zelf het symbool van de Kruikenstad.
En dus stond er een levensgrote kruik in 1966 op het Willemsplein en vervolgens in 1967 op de Heuvel. Toen deze in 1967 vernield werd, ontstond het idee van het huidige beeld, dat in 1968 voor het eerst werd geplaatst. De primeur dus.
De slogan op sokkel rechtsonder refereert naar de Carnavalskraker van dat jaar, de hit van Toon Hermans: Mien, waar is mijn feestneus.
Recente reacties