Ondernemers zijn er in vele maten en soorten, van ploeterende zzp-ers die amper het hoofd boven water kunnen houden tot directeuren van grote, succesvolle bedrijven. Een categorie die echter nauwelijks bekend is, is de ondernemer naar vermogen: de ondernemer in de bijstand. Na een jaar ervaring met Ondernemen naar Vermogen (OnV) geef ik hierbij een inkijkje in dit toch wel curieuze systeem.
‘Naar vermogen’ betekent hier letterlijk ‘naar beste kunnen’. Een ondernemer naar vermogen heeft net als andere ondernemers een inschrijving bij de Kamer van Koophandel en een BTW-nummer. En net als alle andere ondernemers neemt de OnV-er opdrachten aan, voert deze uit en stuurt daarna een factuur.
De verschillen
Ten eerste. Een ondernemer naar vermogen mag niks verdienen. De gemaakte kosten mogen worden afgetrokken van de inkomsten en vervolgens worden de inkomsten 100% afgetrokken van de bijstandsuitkering. Dit tegenstelling tot vrijwilligersvergoeding waarvan de vrijwilliger een deel wel mag houden.
Mensen met een bijstandsuitkering mogen maximaal € 95,- per maand tot € 764,- per jaar vrijwilligersvergoeding ontvangen zonder dat het invloed heeft op de uitkering. Gemeenten kunnen echter ook besluiten dat de bijstandsgerechtigde een onkosten-vergoeding van € 150,- per maand tot € 1.500,- per jaar mag ontvangen. (Bron: Vrijwilligerswerk.nl) Een ondernemer naar vermogen mag dit niet.
Ten tweede. De ondernemer naar vermogen voert een dubbele boekhouding. Een boekhouding voor de belastingdienst, zoals elke andere ondernemer en een boekhouding voor Werk & Inkomen (sociale dienst). Deze tweede boekhouding is een maand-boekhouding en elke laatste werkdag van de maand moet er een volledige rapportage worden ingeleverd. Dit betreft: alle inkomsten, alle uitgaven, met alle ontvangen en alle verstuurde facturen en de bij behorende bankafschriften of -overzichten.
En hier komt iets merkwaardigs om de hoek kijken: Werk & Inkomen rekent namelijk nooit met bruto- en nettobedragen. Alles wordt, inclusief de belasting (BTW) als netto gerekend. Het is even een puzzel, maar er valt wel uit te komen. Al zul je amper een boekhouder vinden die hiermee uit de voeten kan, dus de ondernemer naar vermogen zal dit zelf moeten uitzoeken.
En net zo merkwaardig is het volgende. Werk & Inkomen rekent per kalendermaand. Zolang je geen of weinig kosten maakt om een opdracht uit te voeren, is er niks aan de hand. Een ander verhaal wordt het, wanneer je een investering moet doen om een opdracht uit te voeren.
Een voorbeeld. Stel dat je in de huidige maand een bedrag moet uitgeven om aan een opdracht te voldoen, dan gaat dit bedrag van je leefgeld af. Immers, je mag je verdiensten niet zelf houden, dus je bouwt geen reserves op om te investeren. Vervolgens lever je je opdracht af en verstuur je een factuur naar je opdrachtgever. Dan zit het er dik in dat deze factuur pas in de volgende maand betaald wordt. In de volgende maand, als de betaling komt, heb je niet de kosten, want die had je een maand eerder al gemaakt, en dus wordt de gehele betaling van je bijstandsuitkering afgetrokken. Per saldo betaal je je investering dus twee keer.
Maatwerk
Het heeft wat duw- en trekwerk gekost, maar uiteindelijk lukte het me om deze situatie uit te leggen aan een financieel medewerker van Werk & Inkomen, die ruiterlijk toegaf dat nog nooit iemand hieraan gedacht had.
De Participatiewet schrijft echter ook voor dat er maatwerk moet worden toegepast en zo werd er alsnog een mouw aan gepast. Oplossing: ik mag voortaan zelf beslissen in welke maand ik mijn kosten aftrek, zodat ik dat kan doen in de kalendermaand waarin ik betaald heb gekregen. Voorfinancieren van het leefgeld moet nog steeds, maar ik betaal tenminste niet meer twee keer voor een investering.
Uit nog onbevestigde bron heb ik inmiddels vernomen dat het beleid hierop gaat worden aangepast, maar op dit moment is nog niet bekend op welke manier. Ondernemen naar Vermogen, ik geef het u te doen.
Bbz: bijzondere bijstand zelfstandigen
Maar waarom zou je ondernemen naar vermogen als er ook een bbz (bijzondere bijstand zelfstandigen) is? De argumenten hiervoor zijn net zo divers als de mensen die gebruik maken van deze regeling, en veelal erg persoonlijk. Een veel voorkomend argument is, dat het een opstap kan zijn naar volledig zelfstandig ondernemen, eventueel via de bbz.
De bbz is er voor alle ondernemers. Voor starters, maar ook voor ondernemers die het tijdelijk financieel niet kunnen bolwerken. Een medewerker van Ondernemerszaken van de gemeente Tilburg vertelde me eens, dat elke aanvraag voor de bbz in behandeling moet worden genomen, maar dat een ruime meerderheid van vooral startende ondernemers het niet redt. De bbz duurt immers maar maximaal drie jaar en een ondernemer die er niet in slaagt om in die drie jaar een bedrijf op te bouwen waar zij of hij van kan leven, valt daarna weer terug in de bijstand, mét een faillissement en soms (veel) schulden rijker.
Hier kan Ondernemen naar Vermogen (voor mensen die vanuit de bijstand een bedrijf willen starten) dienst doen als een soort oefen-bbz. Deze ondernemers kunnen dan vanuit de bijstand alvast beginnen – uiteraard wel nadat Werk & Inkomen hiervoor toestemming heeft gegeven – voordat ze de drie-jarige bbz in stappen.
Ondernemen naar Vermogen is van oorsprong een Tilburgse uitvinding en het is gebleken dat ondernemers die via deze route beginnen, veel vaker er in slagen om hun bedrijf met succes uit te voeren.
2 reacties
Voeg die van jou toe →Dat hele systeem hier is door incapabele idioten opgesteld om de goedwillende mensen in de problemen te brengen. Ikzelf ben slachtoffer van dit haast criminele, dictatoriale gespeel van gemeente T die dan dit regeltje toepassen en dan dat regeltje, al naar gelang het hun uitkomt. Werk je keihard van een uitkering als ‘marginaal ondernemer’ om een betere toekomst voor jezelf op te bouwen wordt je in dit land door afgunst en onderdrukking de nek omgedraaid. Vriendjespolitiek, achterbaks gekonkel en kromme “wetten” voert de boventoon. En zelfs een advocaat kan of wil niks doen want stel je voor dat iemand dit corrupte, dictatoriale gesodemieter aanpakt…
Geachte mevrouw, heer,
Regelmatig zie ik staan op het internet dat een vrijwilligersovereenkomst rechtsgeldig zou zijn. Daar is geen sprake van. Er kunnen geen rechten aan worden ontleend en nakoming kan niet worden gevorderd bij de kantonrechter. Dit is anders bij een arbeidsovereenkomst. Ik vraag u zich hiervoor hard te maken en hierover meer duidelijk te zijn naar het publiek.
Volgens mijn Gemeente moest ik een administratie bijhouden van mijn vrijwilligerswerk. Nergens kan ik hier iets over vinden in het kader van de participatiewet. Vrijwilligerscentrales, Nationale Ombudsman, Ministerie Sociale Zaken er is niemand die dit kan bevestigen. Ook in de participatiewet zelf staat hierover niets. Als u informatie heeft dan graag uw bericht. Groet, Henk Miedema