Stadsdichter Onias Landveld: “Spreken is leven, spreken is alles”

Onias Landveld is sinds eind augustus de nieuwe stadsdichter van Tilburg. Hij volgde Martin Beversluis op die twee jaar lang stadsdichter was met een grote productie.  We ontmoeten de boomlange dichter in het cafe-restaurant De Spaarbank aan de vijfsprong. Onias: “Dit is een plek waar ik graag kom.”

De allereerste vraag dient zich aan: Wie is Onias? – Hij steekt meteen van wal: “Ik ben 32 jaar, en sinds 2015 actief als dichter. Ik ben in mijn hart onderwijzer, ik wil graag mensen wat leren. Ik zoek bij alle conflicten meerdere standpunten waardoor ik het midden kan opzoeken, zodat men elkaar begrijpt. “

Vanwaar de onderwijzer-kant?   “Het is met de paplepel ingegoten; mijn beide ouders zijn in het onderwijs actief. Mijn vader is leraar en pedagoog en mijn moeder lerares aan een middelbare school. En misschien wil ik ook nog wel een HBO opleiding tot onderwijzer volgen, of communicatie. Maar dat is lastig, het vergt weer vier jaar. En ik heb al de opleiding van Technische Bedrijfskunde en Internationale economie achter de rug. Maar doe ik bijna niks mee, omdat mijn hart ligt bij de communicatie, onderwijs en literatuur en taal.”

Wat zijn precies je achtergronden?  “Ik ben in 1985 geboren in Paramaribo, de hoofdstad van Suriname. Een klein gezin, mijn vader, moeder, mijn zus en ik.  Het was destijds een roerige tijd in Suriname. De decembermoorden van 1982 werkten nog flink door, en toen mijn vader en mijn oom zonder vorm van proces drie dagen zijn vast gezet, onrechtmatig eigenlijk, werd de situatie nijpend. Mijn vader was pedagoog en een Marron, en die bevolkingsgroep kwam extra onder druk te staan.  In 1989 zijn we daarom naar Nederland gevlucht. Via Frans Guyana kwamen we aan in Venlo, maar vonden een woning in Utrecht, de Kanaleneiland. Ik vond het er vreedzaam, het was rustig thuis ondanks een chaotische wereld, waarin de Berlijnse Muur viel. Maar het was ook best wel wennen, een ander onderwijssysteem en een andere klimaat.”

“De situatie verbeterde in Suriname, en na afloop van de Irak oorlog in 1992 zijn we teruggegaan naar Suriname, vooral ook omdat mijn vader hoopte politiek nog wat te kunnen betekenen. Dat voelde als thuiskomen. Ik herinner me, het voelde als een eeuwigheid,  een vrijheid, het naar school gaan.  Maar toch was de situatie niet perfect in Suriname. Het broeide. Er was gebrek aan voedsel, geld en er waren langdurige stakingen. Moet je voorstellen, je kon daardoor twee weken niet naar school. Er lag weinig toekomst in Suriname. Een goede scholing en studiemogelijkheden ontbraken, en bovendien, er was ook geen werk.”

“Daarnaast was ik in 1989 genaturaliseerd tot Nederlander. Ik kreeg op den duur vragen als “Wat doe jij hier in Suriname als je Nederlander bent? ”  Niet van iedereen maar die vraag werd wel belangrijker.”

“Het huwelijk tussen mijn ouders liep stuk, en mijn moeder besloot terug te keren naar Nederland. Ze vertrok in 1996 naar Tilburg, omdat er een grote Surinaamse gemeenschap was en omdat er veel onderwijsmogelijkheden zijn. In 1998 zijn mijn zus en ik herenigd met mijn moeder.”

“Tilburg beviel me wel, hoewel het eerste jaar erg zwaar was. Het schooljaar in Suriname loopt namelijk tot eind augustus en ik kon gelijk door naar school zonder vakanties. Bij de Jozefmavo aan de Oude Dijk ben ik toen begonnen.  Jemig dat was een zwaar jaar hoor.  Daarna heb ik het Pauluslyceum gedaan, de Avans Hogeschool als technisch ingenieur en de Tilburg University.”

“In Tilburg heb ik zo’n beetje overal gewoond, eerst in West, later in de B-buurt van de Reeshof en als student in de Prof. Verbernelaan. Tilburg heeft een enorme leuke binnenstad. De leukste binnenstad van Nederland. En in de buurt van het station wonen heeft mijn voorkeur, ik reis graag met de trein.” lacht Onias.

Wat is jouw relatie tot de poëzie?

“Ik heb altijd een fascinatie gehad met lezen. Mijn ouders hadden een eigen boekenverzameling waaruit ik las. En er was ook een bibliotheek. Daar ging ik twee boeken halen voor drie dagen, en bracht ze daarna terug voor twee andere. ‘Heb jij die echt nu al gelezen’ kreeg ik als commentaar”.  Mijn lievelingsboek is ‘Alleen op de wereld‘ van Hector Malot, dat heb ik in twee dagen gelezen en was zwaar onder de indruk. Met mijn boekenliefde was Tilburg natuurlijk een verademing, wat een keuze daar bij de bibliotheek aan het Koningsplein.”

“Mijn fascinatie voor gedichten kwam iets later, ik had eerder een hekel aan die nogal statige poëzie tot het moment dat mijn vader me ‘De Tuinman en de Dood‘ van P.N van Eyck liet lezen. Ik vond het fascinerend, vooral omdat in dat korte gedicht een heel verhaal verteld wordt. En als ‘verhalenverteller’ is dat me op het lijf geschreven.”

Onias Landveld bij zijn installatie als Stadsdichter op 27 augustus in het Paleis-Raadhuis

“Mijn eerste gedicht schreef ik als 16 jarige, met als onderwerp mijn ex-vriendin. In die periode kreeg ik de behoefte om van me af te schrijven. Er zat iets in me en dat moest eruit. Ik was een vrij rustige student maar ging overal naar toe. Meestal val ik niet zo op. Maar voor mijn gedichten zocht ik wel een podium. Daarom heb ik ook meegedaan bij ‘Tilburgs Dichttalent’ in Paradox waar ik tweede werd. Daarnaast werd ik actief bij  Poetry Circle 013 waar dichters samenkomen. Ik ben daar overigens nu bezig als coach.”

“Van het een kwam het ander. Ik treed ook veel buiten Tilburg op en won in 2015 de Van Dalen Spoken award voor Storytelling. Dat was in Rotterdam in het oude Luxor. Daarna ging het in vogelvlucht en werd ik veel gevraagd voor presentaties waaronder het bevrijdingsfestival bij Groen Links en diverse workshops waaronder ook musea, het Tropenmuseum en Artis. Ik ben  als ZZP’er, werkzaam bij het mediabedrijf Brandpillars. Daarnaast ik  schrijf ik in opdracht diverse teksten en gedichten voor projecten en instellingen.”

“Met alle stappen op het gebied van de poëzie  kwam ik blijkbaar in het vizier bij de Commissie van de Stadsdichter van Tilburg waar ik uiteindelijk ook gekozen ben.”

Wat wil je als Stadsdichter betekenen?

“Ik doe graag aan talentontwikkeling,  ik wil een dichter zijn van het volk en voor het volk, en een stem hiervoor maken. Ik zou het stadsdichterschap geslaagd vinden als er talent omhooggekomen is, en als er een podium is neergezet, zodat er een vruchtbare voedingsbodem is voor jongeren om er op te treden.”

“En natuurlijk ook Tilburg verder op de kaart zetten. Ik ben  nu twintig jaar hier. En zie dat het voornamelijk uit eilandjes bestaat. Bovendien is er weinig aandacht voor de historie van Tilburg. Ik stond er van te kijken toen ik het boek 100 jaar Jazz las, waarin duidelijk is dat Tilburg voorop liep in de wereld. De muziek is hier belangrijk.”

“Tilburg zit in een unieke positie om iets te bouwen, het heeft als zesde stad van het land een bijzonder centrum, geen voorgeprogrammeerd karakter zoals de steden  Amsterdam en Rotterdam kennen. ‘Wat is de Tilburgse Identiteit ?’ vind ik een belangrijke vraag om daar richting aan te geven.

Tot slot, wat is je motto?

Onias reageert snel en beslist: “Spreken is leven, spreken is alles.”

“Het staat ook op mijn visitekaartje en op mijn website.  Met spreken communiceer je je bewustzijn, dat is de belangrijkste manier om  je ziel bloot te leggen.”

 

Het is een prachtig gedicht wat hij laatst maakte, ik hoop dat hij een boekje uit gaat geven, dat bewaard wat makkelijker! Ben echt benieuwd wat het volgende gedicht is….het is moeilijk om het steeds beter te gaan doen!

Geef een reactie