De taxatierapporten van Stadskantoor 3, waar een meerderheid in de gemeenteraad nog steeds hoopt dat Primark er zich zal vestigen in een nieuw te bouwen pand, leidden de afgelopen week tot consternatie.
Het begon ermee dat raadslid Hans Smolders, voorman van oppositiepartij LST in een fikse aanvaring kwam met de gemeenteraad, nadat hij een voorstel had ingebracht om te onderzoeken of het college van B&W (Burgemeester en Wethouders) al dan niet de raad onvolledig en / of onjuist had geïnformeerd over de taxatierapporten. Er is namelijk een versie van 3 pagina’s van 27 februari 2015 en een versie van 74 pagina’s van 1 juli 2015. In de korte versie van 27 februari 2015 staat alleen de huurwaarde bij verhuur als winkelruimte. In de versie van 1 juli 2015 staat een volledige berekening van de waarde van het pand, een haalbaarheidsonderzoek voor nieuwbouw van een winkelpand, alle overdrachts- en eigendomsaktes uit het archief van het Kadaster en een kopie van het bestemmingsplan.
Het onderzoek op zich, daar had niet iedereen direct moeite mee. Maar wat vrijwel alle andere raads- en commissieleden tegen de borst stuitte, was de volgende zinsnede in het voorstel: “…komt de raad steeds schijnheilig achteraf tot de conclusie…”. Dat schoot in het verkeerde keelgat.
Jakob Borgesius, VVD, gaf toe dat ook hij zijn vragen had gesteld omdat er twee verschillende taxatierapporten bleken te zijn, met verschillende waarden voor hetzelfde pand. “Mij werd verteld dat met een andere ontwikkeling voor het pand (zonder Primark – red.) het dezelfde waarde zou krijgen. Ik kan me de irritatie voorstellen. Later komt een ander type taxatie rapport met een andere methode van berekening en die kwam op lagere waarde uit. Heb ik merkwaardig gevonden en daar ook vragen over gesteld per mail. (…) Ik wil gewoon vragen waarom er zo is gehandeld, daarna beslissen of een onderzoek nodig is.” Hij gaf daarbij aan wel graag een open vraagstelling te willen, een vraag waarbij niet al vooraf een conclusie wordt getrokken.
Echter, de weigerende houding van coalitiepartijen en ook de PvdA leidde tot een ruzie waarin Hans Smolders zijn collega’s “lapzwansen en oplichters” noemde, omdat naar zijn mening het ene na het andere smoesje werd verzonnen om het voorstel inhoudelijk maar niet te hoeven behandelen.
De loop der dingen volgens Hans Smolders (LST)
Op 1 juli komt het college van B&W met de mededeling aan de gemeenteraad dat het taxatierapport van DTZ zal worden ingebracht als productie in een kort geding op 3 juli. Verder zegt B&W in deze mededeling dat dit DTZ taxatierapport op 1 juni onderdeel was van de documenten voor de besluitvorming over de ontwikkeling van voormalig SK3.
- Op het moment dat het college van B&W op 1 juli met de mededeling aan de raad kwam werd het 74 pagina’s tellend taxatierapport verzuimd te melden in die mededeling.
- In de mededeling werd onterecht de indruk gewekt dat het DTZ taxatierapport dat onderdeel was van de besluitvorming op 1 juni ingebracht zou worden als productie voor het kort geding op 3 juli. Een productie is een bewijsstuk dat ingebracht wordt bij een rechtszaak en waar de rechter rekening moet houden.
- De LST heeft op 6 juli gevraagd naar het DTZ taxatierapport.
- Op 7 juli kwam het DTZ taxatierapport, maar niet het rapport wat onderdeel was van de besluitvorming van de raad zoals in de mededeling van B&W wel stond.
- Na het aan de orde te stellen in de raadsvergadering van 13 juli kreeg de gemeenteraad op 14 juli het eerste zogenaamde taxatierapport van amper 3 pagina’s wat onderdeel was van de besluitvorming van de gemeenteraad.
Volgens Hans Smolders heet het college van B&W bewust niet voldaan aan de actieve informatieplicht. De LST heeft in de afgelopen maanden vier keer schriftelijk vragen gesteld (artikel 47 vragen) en na de laatste keer, in oktober 2015 gaf wethouder Erik de Ridder toe dat het DTZ taxatierapport wat in de mededeling van 1 juli werd bedoeld niet is ingebracht in het kort geding. Daarom vindt de LST dat het college van B&W expres verkeerde en onvolledige informatie heeft gegeven aan de raad.
DTZ Zadelhoff in Financieele Dagblad beschuldigd van fout in taxatie
Twee dagen na deze botsing in de commissie Vestigingsklimaat, op woensdag 13 januari 2016 publiceert het Financieele Dagblad (FD) een artikel waarin taxateur DTZ Zadelhoff wordt beschuldigd van het verkeerd taxeren van het pand Stadskantoor 3. Het vastgoedbedrijf Royalton Hill, eigenaar van het V&D-pand aan de Heuvelstraat, heeft namelijk aan taxateur Cushman & Wakefield opdracht gegeven om een tegentaxatie uit te voeren en deze komt uit op een veel lager bedrag, namelijk € 2 miljoen. Een flink verschil met de waarde van €6,7 miljoen, waar DTZ Zadelhoff mee kwam.
In het artikel wordt vervolgens (maar niet met nadruk) de stelling van Hans Smolders bevestigd dat de gemeente Tilburg pas op 1 juli het uitgebreide rapport van 74 pagina’s inbracht, en dat dit dan ook niet hetzelfde taxatierapport is waarmee de raad in juni een besluit heeft genomen.
Over bestemmingsplan, brandveiligheid en parkeren
Vervolgens verschijnen tussen 13 en 16 januari 2016 op de website Nieuw13 van Gilde Roothaert vier opinie-artikelen van iemand die zich Til Burger noemt. Over de eisen in het bestemmingsplan, waaraan het plan voor Stadskantoor 3 weliswaar niet voldoet, maar waar volgens de auteur creatief mee wordt omgegaan door het college. En hetzelfde geldt met de regels rondom parkeren, laden en lossen, brandveiligheid en de financiële voordelen die de projectontwikkelaar daarmee bij mag schrijven.
Maar nu verder…
Hans Smolders, die zijn gewraakte voorstel heeft laten staan en in de vergadering van de gemeenteraad op 1 februari 2016 opnieuw ter discussie zal stellen, heeft de tekst inmiddels toch iets aangepast. Aan de gebruikte woorden kan het dan ook de volgende keer niet liggen en dan rest alleen de inhoud…