Gastopinie: Johan Schaap Onbezoldigd editor voor Top Names van Fast Moving Targets. Blogger bij Numrush en QSgear.,
Waarom we geen reddingsplannen, maar nieuwe formules en formats nodig hebben. Het belangrijkste deel van de Nederlandse retailsector heeft de afgelopen twintig jaar nauwelijks aan innovatie gedaan. Nu veel winkels en winkelketens definitief omvallen, is er paniek. In plaats van het bedenken van kansloze reddingsplannen en publieke verontwaardigen, kan Nederland beter kijken hoe het soepel om kan gaan met deze onvermijdelijke transitie en proberen er nog iets van te maken.
De traditionele retailer in de winkelstraat is open wanneer andere mensen werken, biedt producten waar niet iedereen op zit te wachten, heeft geen idee wat de actuele voorraad van de winkel is en vertrouwt qua marketing vooral op de huis-aan-huis-folder. En doet dit al zeker twintig jaar. De grootste innovatie is de invoering van het pinnen geweest en ook dat ging bij veel ondernemers niet van harte. Internet was niet leuk, maar zou het toch niet gaan redden, op prijs concurreren is de dood in de pot en langere openingstijden zijn niet leuk, want de ondernemer doet op zondag liever iets anders.
Ondertussen koopt een steeds groter deel van het winkelpubliek via laptop of smartphone. Tegen een scherpe prijs en veelal bij online pure players. En niet alleen bij Nederlandse bedrijven, ook over de grens wordt geshopt. Denk aan Zalando of Alibaba. En ook al is het aandeel e-commerce nog maar klein, het groeit met dubbele cijfers en zal dat voorlopig ook blijven doen. Nieuwe spelers, betere en slimmere distributie (bijvoorbeeld binnen het uur bezorgen) en andere innovaties zullen dat proces ondersteunen.
Uiteraard wordt er nog wel in fysieke winkels gekocht. Maar dat zijn andere winkels. Flagship stores, superspecialisten, discounters met snel wisselend assortiment en mixformules en allemaal winkels waar de beleving een integraal onderdeel is. Het moet immers leuk of goedkoop zijn. En die winkels vind je nauwelijks in de kleinere gemeenten, die vind je primair in de steden. Want daar wonen de meeste mensen en daar gaan de meeste mensen heen als ze iets willen beleven.
Aangezien we in Nederland niet ineens heel veel meer te besteden hebben, betekent dat de omzet van deze belevingsstraten en internetaankopen ten koste moet gaan van iets anders. En dat is de traditionele winkel in de traditionele winkelstraat. En omdat de geest ook niet terug in de fles gaat, is het aannemelijk dat de winkelstraat in kleine en middelgrote gemeenten gewoon gaat verdwijnen. Inclusief alle winkels.
Is dat erg? Dat is niet de juiste vraag. Het is een keuze geweest van veel retailers om niet mee te gaan met de tijd. Dat is een ondernemersrisico. Daar hoort bij dat je soms een verkeerde keuze maakt. Er rest niet anders dan dit te accepteren.
Wat wel moet gebeuren is kijken hoe we in Nederland winkelstraten kunnen herbestemmen en herontwikkelen, hoe we een rol in de Europese e-commerce wereld kunnen spelen (zowel op het gebied van aanbod als van distributie) en hoe we nieuwe producten, merken en formules kunnen ontwikkelen die passen bij deze tijd en waar de consument wel interesse in heeft. En dat is hartstikke leuk.
Bron: Marketingfacts.nl
4 reacties
Voeg die van jou toe →“sommige ondernemers zijn niet met hun tijd meegegaan”akkoord, maar daarmee is natuurlijk nog niet gezegd dat “de nieuwe tijd” betere tijden bied. de transitie van winkel naar webshop gaat misschien ook wel te snel en creëert zo wellicht een nieuwe zeepbel. van de 50 bekende adressen in een stad gaan we ineens naar 5 grote adressen op internet. Dit zal leiden tot een piek in faillissementen en werkloosheid.
bovendien worden mensen nog minder bewust van hun aankopen (als ze het maar kopen) ze worden zo steeds meer consument en telkens ietsje minder mens. Ik fiets graag naar de stad en naar de markt en ik waardeer de ondernemers die nog echte persoonlijke diensten verlenen en die na uitgemolken te zijn door de ontwikkelaars nu steeds minder kans maken tegen de grote multinationals op internet.
Natuurlijk moet je met de tijd meegaan (wie kan uberhaubt tegen de tijd in?) maar laten we ook af en toe “stilstaan” bij de toekomst.
Helemaal waar! Meest treffend verwoordt nog met de opmerking over de pinpas als grootste innovatie…
En de voorbeelden van ‘niet innoveren’ en ‘niet ondernemen’ zijn legio:
– Een paar jaar geleden het debacle met betrekking tot de kerstverlichting; samen geen verlichting kunnen organiseren waardoor kerstsfeer, voor potentiële klanten uit, vertrekt.
– Blijven praten over uitbreiding van winkelgebied terwijl er geen tekenen zijn dat detailhandel groeit. Hergroepering lijkt me een verstandiger besluit.
– Waarom bezorgt Gianotten-Mutsaers mijn boek niet binnen een uur na bestelling terwijl concurrent Bol.com er wel een hele dag over doet? Met fastfood lukt het toch ook? (voor een boekwinkel kun je hier natuurlijk allerlei detailhandel lezen dus misschien is een gezamenlijke brommer-bezorgdienst een optie…)
– En waar is het tegensignaal op de gewenste ontwikkeling in de Spoorzone? Het dwaalgebied of de Piushaven zijn toch prima alternatieve en reeds bestaande locaties voor het soort bedrijven daar zouden moeten komen? Handen ineenslaan en samen door ontwikkelen in plaats van mopperen op wat de gemeente organiseert…
En last but not least: we, ik in ieder geval, zijn vooral koop moe en onze huizen, kleerkasten en tuinen volgepropt met tuincentrum parafernalia, barsten uit hun voegen van alles wat we dachten nodig te hebben om gelukkiger te worden wat uiteindelijk ’n illusie bleek. Shop til you drop is achterhaald en mede ingegeven door ’n economische crisis. Het wordt hoogste tijd voor een ander soort ‘vermaak’. Bijv. beleven, ervaringen en spullen delen ipv hebben en herwaardering van duurzaam. Gedaan met de weggooi cultuur..
je vergeet het Parkeerbeleid van de Gemeenten en het Boetebeleid van de Wetgever i.v.m. eens voor een kwartier te weinig parkeergeld ingeworpen te hebben; dat is in ieder geval voor mij de reden dat ik niet meer naar het centrum van Tilburg ga om een boodschap te doen