In de eerste weken na de corona of COVID-19 uitbraak in maart 2020 namen mensen die behoren tot de risicogroepen, zoals ouderen en mensen met bestaande longproblemen en diabetes, niet vaker maatregelen om een besmetting met het coronavirus te voorkomen dan anderen.
Mensen met hartproblemen namen wel iets vaker maatregelen in de eerste weken, maar bijna de helft van de personen in risicogroepen nam geen maatregelen. Te denken valt dan aan het regelmatig handen wassen, niezen en hoesten in de elleboog en het bewaren van minimaal 1,5 meter afstand tot anderen.
Niettemin, in de eerste weken schatten zij de kans om ziek te worden na besmetting wél hoger in dan anderen. Mensen die vóór de uitbraak eenzaam, depressief of angstig waren, schatten de kans om na besmetting ernstig ziek te worden ook hoger in, maar namen toch niet vaker preventieve maatregelen om zichzelf goed te beschermen.
Dit blijkt uit een groot ‘longitudinaal bevolkingsonderzoek’ dat is uitgevoerd door CentERdata en Tilburg University. Dit is een onderzoek waarbij men dezelfde personen in de loop van meerdere jaren volgt en op vaste momenten onderzoekt of bevraagt. Voor dit onderzoek heeft onderzoeker dr. Peter G. van der Velden gebruik gemaakt van het zogeheten ‘LISS panel data‘, een dat sinds 2007 al bestaat en waarvan de panelleden geregeld een vragenlijst invullen over hun gezondheid en welzijn. Het LISS panel biedt academische onderzoekers uit Nederland en daarbuiten de mogelijkheid om hun vragenlijsten af te nemen in het panel.
Aan het onderzoek hebben ongeveer 3500 mensen deelgenomen die representatief zijn voor de volwassen Nederlandse bevolking. Zij hebben vóór de corona uitbraak (eind 2019) vragenlijsten ingevuld over hun fysieke en mentale gezondheid en eenzaamheid, en in de eerste weken van maart 2020 over corona gerelateerde onderwerpen waaronder preventiemaatregelen.
In die periode had in totaal ruim 55% geen enkele maatregel getroffen om besmetting te voorkomen. Uit de resultaten blijkt verder dat mannen minder vaak maatregelen troffen om besmetting te voorkomen dan vrouwen, en mensen met een lagere opleiding minder vaak dan mensen met een hogere opleiding. In de eerste weken nam het percentage mensen dat maatregelen trof wel toe van 30% naar 65%.
Sinds de eerste weken van maart is er veel veranderd en verbeterd. Momenteel zitten we in een fase waarin de intelligente lockdown waar mogelijk in stappen wordt afgebouwd. Niettemin, om nieuwe besmettingen en uitbraken te voorkomen moeten mensen zich aan bepaalde preventieve maatregelen houden.
De resultaten roepen de vraag op of ouderen, mannen, mensen met bestaande longproblemen en diabetes, of een lagere opleiding in de doorlopende voorlichting extra en gerichte aandacht behoeven. Belangrijke les uit de eerste weken na de uitbraak is immers dat zij minder geneigd waren maatregelen te treffen, ook al was een deel meer bevreesd ernstig ziek te worden na besmetting.
Het onderzoek waarop bovenstaande resultaten zijn gebaseerd is gepubliceerd in het gezaghebbende peer-reviewed wetenschappelijke tijdschrift PLOS ONE.