Fontys Conservatorium Masters in Paradox

Vrijdagavond 8 juni een bezoek gebracht aan jazzpodium Paradox in Tilburg voor de Fontys Conservatorium Masters in progressie. Afstuderend drummer Dmitry Tsvetkov heeft het voor elkaar gekregen om gelouterde musici als Paul van Kemenade (alt sax), Angelo Verploegen (trompet, Flugelhorn), Louk Boudesteijn (trombone), Wiro Mahieu (double bass) tezamen met mede student Kumar Roozen (piano) op een podium te verenigen voor zijn afsluitende beproeving, onder het luisterend oor van de examencommissie van Fontys Conservatorium Tilburg. De bereidwilligheid en inzet van de vier door de wol geverfde muzikanten is te prijzen. Door zich in dienst te stellen van de afstuderende drummer bewijzen zij hun betrokkenheid met het muziekonderwijs als geheel.

Deze topmuzikanten hebben zich volledig in dienst gesteld van de afstuderende drummer/componist en zijn in staat geweest kleur en inhoud te geven aan de vertolking van diens composities. Laat ik zo vriendelijk zijn om de muziekaal inhoudelijke factoren even buiten beschouwing te laten en me te richten op de ontwikkelingsproblematiek van deze aankomende professionals.

Na afloop van het gebeuren ben ik in gesprek geraakt met Dmitry Tsvetkov en tijdens het gesprek kom ik tot de verbazende ontdekking dat er op het conservatorium amper aandacht wordt besteed aan de zakelijke ontwikkeling van jonge muzikanten die ervoor hebben gekozen om als uitvoerend musicus in de nabije toekomst hun brood te gaan verdienen. Een lezinkje en een bezoek van wat advocaten die hun vertellen hoe ze een contract in elkaar moeten steken is waarmee ze het dan moeten gaan doen in een stormachtig veranderende en veeleisende conjunctuur. Gefundeerde zakelijke begeleiding tijdens hun afstudeerjaar blijkt dus niet in het educatiepakket te passen.

Of je de noten en harmonieën in een eigenzinnige approach weet te raken is wezenlijk maar uiteindelijk niet afdoende om ook als beroeps een plaats te verwerven in een voortdurend krimpende cultuursector. Dit alles uiteraard los staand van het proces van verwezenlijking van een gefundeerde muzikale identiteit. Ik krijg hierbij enigszins vergelijkende associaties met het denigrerende taalvaardigheidniveau van PABO studenten die later voor de klas onze kinderen moeten gaan uitleggen hoe er verantwoord met de Nederlandse taal dient te worden omgegaan.

Muzikaal inhoudelijk waren er op deze avond ook wel een aantal vraagtekens te plaatsen die echter niet werden teruggevonden in het uiteindelijke kwalitatieve oordeel van de observerende commissieleden. Ook viel het me op dat er wel erg weinig conservatorium studenten aanwezig waren om de verrichtingen van hun medestudent te observeren ter lering ende vermaak. All in all een verrijkende ervaring die me wel enigszins somber heeft gestemd met betrekking tot het toekomstperspectief.

Geef een reactie