Jean-Paul Korst heeft een enorme passie: het weer. Behalve op zijn eigen weerblog, is hij weerman voor onder andere het weekblad Groot Eindhoven en Radio MagnifiQue.
De eerste lentemaand maart bracht ons warmte, droogte en zonneschijn en waren we helemaal klaar om de lente in te gaan. Maar in plaats van zomerkleding konden we onze jassen en truien weer aan. We beleefden namelijk een vrij koude april en daarnaast was het ook nog eens somber en nat. Een heel andere aanloop naar de zomer dan de laatste jaren toen de voorjaarsmaand april steeds bijzonder zacht, zonnig en droog was. Vorig jaar bijvoorbeeld had het KNMI op 2 april al de eerste warme dag van minstens 20 graden en op de 21e gingen ze over de grens van 25 graden heen. Rondom Tilburg was 2 april 2011 al een zomerse dag en vanaf de 19e begonnen we aan een reeks van zeven achtereenvolgende zomerse dagen. Dat is pas lenteweer.
Temperatuur
In De Bilt lag de gemiddelde etmaaltemperatuur over deze april op 8,4°C tegen 9,2 normaal. Opmerkelijk genoeg is dat vrijwel gelijk aan de vorige maand die gewoonlijk een stuk kouder is, maar dit jaar juist zeer zacht verliep. Een groot deel van de maand lag de temperatuur rond of (ruim) beneden normaal. Slechts op drie dagen kwam de maximumtemperatuur boven de 15,0°C. Normaal telt april elf dagen met een maximumtemperatuur van 15,0°C of hoger. Warme dagen met minstens 20 graden bleven tot het laatste weekeinde van de maand uit, terwijl die temperaturen in het zuiden van ons land al op 22 en 23 maart zijn gemeten. De Bilt kreeg op één van de mooiste Koninginnedagen zijn eerste en enigste warme dag van het jaar. Normaal telt april drie van zulke dagen. Dat was ook veruit de warmste dag van de maand met in Twenthe de hoogste temperatuur van 23,7°C. In het oosten en zuiden kwam de temperatuur op de laatste drie dagen van de maand boven de 20 graden. Ook de nachten verliepen koud, waarbij het regelmatig in april ergens in het land tot vorst kwam. In De Bilt werden vijf vorstdagen geregistreerd, tegen een langjarig gemiddelde van vier. Op een enkele plaats vroor het zelfs op negen dagen. De landelijk laagste temperatuur werd gemeten op 1 april op station Deelen waar zelfs matige vorst werd waargenomen met -5,1 °C.
In het midden van Brabant was het een normale aprilmaand. De gemiddelde etmaaltemperatuur kwam namelijk in Berkel-Enschot uit op 9,3°C. Verdeeld over een gemiddelde middag-temperatuur van 13,7 (normaal 14,9) en in de nacht was het 4,9°C gemiddeld, tegen 3,8°C normaal. De warmste dag was ook hier de laatste aprildag met 23,7°C. De koudste dag was op de 7e toen de thermometer niet verder ging dan amper 8 graden. In totaal hadden we zowel twee warme dagen als twee dagen waarop we vorst konden noteren.
Neerslag
Ook voor wat betreft de weerkaarten was april een totaal andere maand dan de vorige. Werden we in maart overheerst door hogedrukgebieden, nu werd vrijwel de gehele maand april bepaald door lagedrukgebieden. Het weerbeeld was daardoor wisselvallig met op veel dagen regen, alhoewel de hoeveelheid neerslag meestal beperkt bleef. In totaal viel er in april gemiddeld over het land 58 mm neerslag. De normale hoeveelheid neerslag in april bedraagt 42 mm. Vaak ging het om lokale buien waardoor de neerslaghoeveelheden van plaats tot plaats sterk uiteenliepen. De kleinste hoeveelheid neerslag van 41 mm werd gemeten in Den Helder (De Kooy) en de natste plek was Westdorpe waar 83 mm werd opgevangen. Door de grote onstabiliteit gingen de buien met name in de tweede helft van de maand vaak vergezeld van onweer en lokaal ook hagel. Zo werd van 18 tot en met de 24 april iedere dag in ons land wel ergens de donder gehoord.
In Tilburg viel 70 mm, tegen normaal 49 mm, en daarmee was het ook hier een natte maand. De natste periode was 9 t/m 11 april toen in totaal 32 mm werd opgevangen, bijna de helft van de gehele maand. Daarbij was 9 april de natste dag toen er 13 mm in de regenmeter kwam. Op 21 dagen viel er neerslag in de vorm van regen of buien. Bij die laatste zat ook soms hagel bij (11, 12 en 24 april) en ook onweer, zoals dat op de 12e werd waargenomen. Op één dag was er nog sprake van mist en dat was in de ochtend van 13 april.
Zonneschijn
De zon was deze maand relatief weinig te zien, landelijk gemiddeld 146 uur tegen 180 uur normaal. Zoals gebruikelijk in een voorjaarsmaand scheen de zon het meest in de kustgebieden. Wijk aan Zee, Hoek van Holland en ook Stavoren hadden ieder 183 uren, maar de zonnigste plek was Den Helder waar de zon 189 uren scheen. In het midden van het land bleef de zon het vaakst achter wolken. Het somberste weerstation was Deelen met 117 zonuren gevolgd door De Bilt met 121 uren zonneschijn. Het weerstation Berkel-Enschot had nog 132 uren, terwijl we op 171 uren mogen rekenen. In geheel april zagen we op twee dagen de zon helemaal niet en slechts op één dag scheen de zon meer dan tien uur. Dat laatste was op 6 april.
Bron: KNMI en Jean-Paul Kors