“Vies hè?!”

Kent u die hele oude grap, over een konijn dat elke dag aan de bakker komt vragen om worteltjestaart? En als de bakker dan eindelijk een keer, speciaal voor het konijn, worteltjestaart heeft gemaakt, roept het konijn: “Vies hè?!”

Aan deze grap moet ik weer denken sinds de Tilburgse gemeenteraad een nieuw vergadersysteem heeft ingevoerd. Elke maand bespreekt een groepje raadsleden of het goed gaat en wat ze ervan vinden. Dit levert uitspraken op als “Natuurlijk gaat nog niet alles goed”, “Het is even wennen.” en “…dat de Agendacommissie veel tijd kost waardoor raadsleden te weinig toekomen aan andere zaken”

Uitleg

Jarenlang en tot de verkiezingen van 21 maart 2018 vergaderden raadsleden elke maandag. Niet allemaal tegelijk, maar verdeeld over vier commissies. Kort door de bocht: Vestigingsklimaat voor bouwen en economie (waaronder cultuur), Sociale stijging voor alles wat met sociaal beleid te maken had, Leefbaarheid voor alles wat niet in Vestigingsklimaat meer paste (verkeer bijvoorbeeld) en Bestuur voor alles wat niet in de eerder genoemde drie paste.

Dat moest anders, moderner, innovatief en efficiënter. Zodat raadsleden (en commissieleden) niet meer uit hun neus zaten te vreten bij onderwerpen waar ze niks over te zeggen hadden.Sinds 21 maart zijn deze commissies afgeschaft en wordt er per onderwerp vergaderd. Hooguit een uurtje per onderwerp, vaak maar een half uur. Hierbij maakt het niet meer uit of het over drie parkeerplaatsen in een zijstraat ergens in een woonwijk gaat, of over de begroting van de Diamant-Groep of over een kostenoverschrijding van een paar miljoen in de Spoorzone. Alles krijgt evenveel tijd.

En om het nog efficiënter te maken wordt er drie keer over elk onderwerp vergaderd. De eerste keer mogen er alleen maar vragen gesteld worden. De tweede keer mag er alleen discussie worden gevoerd (en zijn vragen niet toegestaan) en de derde keer wordt er gestemd, tijdens de gemeenteraadsvergadering.

En om het nóg efficiënter te maken worden er steeds twee vergaderingen tegelijkertijd gepland. Zodoende kan namelijk niemand meer alle vergaderingen, alle debatten en alle vragenrondes volgen. Het zal niet lang meer duren voordat iedereen het overzicht kwijt is en integraal denken tot iets uit het verleden behoort.

Het is een beetje alsof je bij een verre, oude tante gaat eten. Ze is wel lief, maar een beetje vreemd. En omdat ze zo blij is dat je bent gekomen, en ook nog wil blijven eten, heeft ze vreselijk haar best gedaan om iets lekkers te maken. Speciaal voor jou.

Daarom durf je niet hardop te zeggen dat je het eten niet lekker vindt. Dat de soep te zout is, de piepers niet gaar zijn en de taart raar smaakt. “De smaak is even wennen.”zeg je dan maar, en “u heeft er vast úren voor in de keuken gestaan; wat een boel werk!”

Dat gevoel krijg ik als ik raadsleden (en wethouders) hoor over het nieuwe vergadersysteem van de raad.

Niemand durft hardop te zeggen dat ‘ie het een waardeloos systeem vindt; helemaal niet efficiënt en juist heel onhandig omdat er geen vragen mogen worden gesteld tijdens een debat, omdat partijen met maar één raadslid altijd een ‘burgerraadslid’ moeten laten invallen, omdat je eenvoudigweg niet op twee plaatsen tegelijk kunt zijn en omdat de volledige versnippering in losse onderwerpen het onmogelijk maakt om overzicht te bewaren op het geheel.

Niks van dat. “Het is modern, past bij de hedendaagse zapcultuur en diepgang is niet meer van deze tijd.” Deze verzuchting ving ik op in de wandelgang, maar in de officiële evaluatie worden de frustraties voorlopig nog toegedekt met vergoelijkende woorden.

Daarom zal ik hier even een handje helpen, want voor de verslaggeving is het namelijk evenmin nog te doen. Deze stad van 215.000 inwoners heeft maar liefs twee (!) politiek verslaggevers. Dit zijn Stefan Jongerius van het Brabants Dagblad en ondergetekende. En ook deze twee verslaggevers kunnen onmogelijk bij twee vergaderingen tegelijk zijn en dan zijn dit ook nog allemaal vergaderingen in twee of drie afleveringen. Zapcultuur ten top.

Nog één raadsvergadering en dan begint het zomerreces van 2018. Een tijd voor reflectie en om nieuwe energie op te laden voor het volgende seizoen.

Het zal mij benieuwen of er in het komende seizoen iemand opstaat in de raad die “Vies hè?!” durft te roepen.

Meer dan 1 jaar ben ik aanwezig bij alle vergaderingen van de ( voorheen ) commissie Sociale Stijging, alle info bijeenkomsten m.b.t tot WMO en alle raadsvergaderingen. Het huidige vergadersysteem is de dood in de pot. Het komt niet tot uitwisseling en debat. Het minimaliseert zich tot een vragenuurtje aan de betreffende wethouder. De opzet is in theorie is goed nl eerst info dan debat en dan besluit.
Echter omdat dit tot op een ultiem onderwerp beperkt is valt de samenhang weg.
Als voorbeeld ; daar waar alle onderwerpen van de commissie Sociale Stijging eerst samen kwamen
is dit nu opgesplitst en opgedeeld over een hele agenda-dag met tussentijd andere agendapunten.
De samenhang van onderwerpen kan ik niet meer volgen en bij mijn beste weten zijn ook raadsleden daar niet toe in staat. Maar vooral de uitwisseling en het debat verdwijnt naar de achtergrond.
En dat is noodzakelijk voor het democratisch gehalte van de gemeenteraad en de daarop volgende besluitvorming. Het vorige commissie systeem zou terug moeten. Ook daarbinnen kan de volgorde van informatie – debat – besluitvorming gehanteerd worden.

Zou het niet zo kunnen zijn dat de nieuwe raadsleden de kans krijgen om per item te participeren?
Zodat elke vorm van verbindingen en dossier vorming kan worden uitgesloten.
Niet iedere Tilburger weet, laat staan nieuwe raadsleden, dat alles met elkaar in verband staat in onze stad. Veel “politiek” gevoelige afspraken worden gemaakt in de achterkamertjes in onze stad.

Dat er grote verbindingen liggen tussen de ouderwetse commissievergaderingen leefbaarheid, vestegingsklimaat, sociaal stijging en veiligheid. Waarin het politiek gezien geven en nemen is, zowel bij de coalitie als oppositie partijen die nu samen raad breed het bestuur van de stad mogen vormen in wat vroeger “het coalitieakkoord” werd genoemd en nu is omgedoopt tot “het bestuursakkoord”.

Een hel mooie innovatieve vooruitgang zullen we het maar noemen gebaseerd op wederzijds vertrouwen. Een zegening voor het achterhaald ambtelijk apparaat die niet om de 4 jaar worden gekozen en waarin enige dossier vorming van onze gekozen volksvertegenwoordigers met de dwarsverbindingen praktisch wordt uitgesloten.

Willen we dit als Tilburgers of komt het ons bestuurlijk apparaat goed uit ?

De vlucht vooruit zit in Tilburg altijd in de procedure en haast nooit in de inhoud! Het streven is blijkbaar het systeem zo ingewikkeld te maken, dat niemand het nog kan volgen. Dat is letterlijk buitengewoon goed voor de besluitvorming, verhoogt de transparantie en dicht de kloof tussen politiek bestuur en de burgers. Zal daarnaast de countervailing power (contrôlefunctie) van de Gemeenteraad herstellen. Kortom, modern (smart) bestuur is in Tilburg binnenkort i.p.v. een besloten een gesloten systeem. Een hele vooruitgang!

Geef een reactie